GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Ad Valvas 1976-1977 - pagina 55

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ad Valvas 1976-1977 - pagina 55

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

AD VALVAS — 1 OKTOBER 1976

Voor VU, UvA en Leidse universiteit

3

samen

Idee voor proefdierencentrum in de Sciiinicelpolder De kans bestaat dat over enige tijd in de Schinkelpolder in de buurt van Schiphol een gezamenlijk proefdierenbuitenverblijf van de VIT, de Universiteit van Amsterdam en de Leidse universiteit wordt opgezet. Plannen hiervoor moeten nog worden uitgewerkt. Het idee is naar voren gekomen bö besprekingen over de huisvesting van de voor wetenschappelgk onderwqs en onderzoek gebruikte proefdieren tussen vertegenwoordigers van de drie universiteiten en het ministerie van onderwas en wetenschappen. Gebleken is dat de drie met soortgelijke problemen kampen bij het onderbrengen van proefdieren, die soms veel ruimte vragen, geluidsoverlast en stank veroorzaken en waarvan moeiIflk "voorraden' zijn aan te leggen, zo wordt gesteld. Het college van bestuur heeft de universiteitsraad om kommentaar gevraagd. Vermoedelijk zal de raad zich op dinsdag 12 oktober met de zaak bezighouden. De kortgeleden ingestelde raadskommissie bouw en ruimtelijke ordening zal een advies aan de raad uitbrengen. Als de raad daarmee akkoord gaat, zal een officieel verzoek tot het treffen van voorzieningen voor proefdieren in de Schinkelpolder aan het departement worden gedaan en zal na een positieve reaktie van het departement aan de uitwerking van de plannen worden begonnen. Dan zal ook bekend worden wat de vestiging van een interuniversitair proefdierencentrum voor fin£inciële gevolgen heeft. Als het proefdierenverblijf er komt, zal dit tot gevolg hebben dat het circa 60 ha grote terrein in de Schinkelpolder door de Vereniging, die dit in eigendom heeft, wordt verkocht aan de overheid. Het college van bestuxw zegt in zijn notitie aan de raadsleden dat het probleem van de huisvesting van proefdieren steeds acutere vormen begint aan te nemen, met name veroorzaakt door het uitgroeien van de medische f akulteit en van de farmacochemie binnen de subfakulteit scheikunde. Op het dak en de binnenplaats van het gebouw van de medische fakulteit werden tijdelijke oplossingen getroffen, maar die zullen moeten verdwijnen als aan de dakopbouw wordt begonnen. Aan de VU worden proefdieren gebruikt in de fakulteit der geneeskunde en wiskunde en natuurwetenschappen, variërend van spinnen en slakken tot schapen. De fakulteitsvertegenwoordigers stemmen in met het idee van een centrum.

Al geruime tijd Dr. H. A. Brouwer, vertegenwoordiger namens de medische fakulteit en hoofd van het centraal laboratorium voor experimentele geneeskunde, is een groot \ oorstander van een proefdierencentrum buiten de VU-campus. Hij vertelt dat de Schinkelpolder al geruime tijd in het spel is, eerst alleen als mogelijke plaats voor een proefdierboerderij voor de VU. Toen hij in 1970 naar de VU kwam was er al eens een enquête door prof. dr. H. E. A. van Tongeren (microbiologie) gehouden onder de afdelingen die proefdieren gebruiken.

Uitbreiding „Daarna was de zaak tot 1970-71 ingedut. Ir. Doets, die toen nog gedelegeerd direkteur van de VU was — de Wet Universitaire Bestuurshervorming gold nog niet — benaderde mij om de zaak nieuw leven in te blazen. Ik hield ook een enquête en schreef een rapport, maar daarna dutte aUes weer in. Tot 1974, toen de gedachte opkwam samen een centriun voor proefdieren op te richten met de GU en Leiden." Ih dat jaar schreef dr. Brouwer weer een onderzoeksrapport è la dat van 1971, bestemd voor het cvb. „Een belangrijk deel van de filosofie van dit idee is dat proefdieren voorzover dat mogelijk is van de universiteitscampus zullen verdwijnen. Van de drie universiteiten zijn wij de meest geïnteresseerde: kwalitatief, wat variatie betreft, en kwantitatief. Onze imi-

Hij ziet het transport tussen Schinkelpolder en VU als een bezwaar. Het vervangen van dieren voor een experiment moet snel kunnen gebeuren. De dieren moeten, als ze geopereerd zijn, hun nabehandeling niet pas na een transport ontvangen, dan stel je ze onnodig aan lijden bloot. De proeven moeten niet onderbroken worden doordat het proefdier eerst weer terug moet naar de Schinkelpolder. Enfin, de heer Brosky, met zijn 25 jaar bij de VU een oudgediende die het klappen van de zweep vanuit de praktijk kent, is wat sceptisch. „Nee, de stallen zijn maar niet zo op te heffen, als men dat zou willen om ruimte te winnen." Dr. Brouwer: „Wij willen net als Brosky de dieren onder handbereik hebben, maar bovendien willen we een ruimere toelevering." (J.v.d.V.)

De heer J. L. Brosky op het dak van de medische fakulteit hondekooien.

bij de

Klein antwoordt Van derSpek: Dr. H. A. Brouwer, hoofd centraal laboratorium experimentele geneeskunde.

'Soepel beleid bij inning achterstallig collegegeld'

versiteit is ook de enige die een fakulteitsfunktionaris heeft zoals ik die de zaak kan uitzoeken." „Het proefdierencentrum is, als het er komt een uitbreiding." Dr. Brouwer zegt dat het dierexperimenteel onderzoek steeds belangrijker wordt en het aantal proefdieren dat per tijdseenheid nodig is wel eens zou kunnen toenemen. „Maar ik zeg er wel bij dat de wijze waarop de dieren worden gebruikt veel beter is dan vroeger. Bij ieder onderzoek gaan we na of we het proefdier kimnen missen en over het algemeen gaat men uiterst voorzichtig met de proefdieren om."

Het FSP-kamerlid Van der Spek meent dat de sommatie aan studenten om de collegegeld-promessen voor 1 oktober aanstaande te voldoen in strijd is met eerder door onderwijs-minister Van Kemenade gedane uitspraken. In schriftelijke vragen wijst het kamerlid erop, dat deze uitspraken bij de studenten de indruk hebben gewekt dat pas tot inning zou worden overgegaan na beëindiging van de studie. Hij heeft talloze klachten van studenten vernomen en er zou zelfs in een aantal gevallen met de deurwaarder zijn gedreigd.

Bij huis J. L. Brosky, als biotechnisch laborant bij fysiologie en chemische fysiologie belast met de supervisie over laboranten en een dierenverzorger en tevens onderdirekteur van het gebouw van de medische fakulteit, vindt dat de proefdierstallen zo dicht mogelijk bij huis moeten worden gehouden.

De heer Van der Spek dringt aan op een andere regeling "voor het aflossen van de schuldbekentenissen, zodanig dat eerst na het beëindigen van de studie een begin hoeft te worden gemaakt met het aflossen van de promessen. Naar zijn mening zouden bij de inning redelijke termijnen voor de aflossing moeten gelden. In de vragen wijst hy erop, dat het hier gaat om aflossings-bedragen van ƒ500 tot ƒ 2.000. In zijn antwoord deed staatssecretaris Klein de toezegging, dat bij het innen van achterstaUige collegegelden over de jaren 1972 en 1973 een soepel beleid zal worden gevoerd. Volgens Klein gaat het om de inning van promessen die variëren van 250 tot 2000 gulden. Van de

RU Limburg acht uitstel van nieuwbouw funest Als reactie op de mededeling van de staatssecretaris Klein er vóór 1985 nauwelijks met de nieuwbouw van de universiteit en academisch ziekenhuis in Maastricht begonnen kan worden, heeft college van bestuur van deze universiteit donderdag een overzicht publiceerd van door de rqksoverheid gedane toezeggingen.

dat het het ge-

Reeds In 1971 stelde de toenmalige zijn omdat de huisvestii^ van de minister van Onderwijs vijftig universiteit in vijf verschillende miljoen gulden jaarUjks in het gebouwen reeds nu ondermijnend vooruitzicht voor de met ingang werkt. van 1973 in fasen uit te voeren Bovendien, zo vindt het college, nieuwbouw. Zijn opvolger liet we- brengt dit uitstel ernstige moeiten vast te houden aan de een- lijkheden mee voor de gezondmaal gemaakte afspraken en in heidszorg in Maastricht aar^e1973 berichtte staatssecretaris zien het plaatseUjk ziekenhuis opKlein zelf dat de start van de gaat in het toekomstige academibouw van de universiteit annex sche ziekenhuis en in afwachting academisch ziekenhuis met voort- daarvan alleen maar provisorische varendheid bevorderd diende te voorzieningen treft. Deze situatie worden. kan niet blijven voortduren tot Het coUege van bestuur geeft toe 1985 zo vindt het cvb. dat enige vertraging in deze plan- Tenslotte is er nc^ het argument nen is ontstaan in verband met van de werkgelegenheid, eertijds het verloop van experimenten als een van de belangrijkste facmaar het door staatssecretaris toren voor een snelle start van de Klein thans aangekondigde uitstel nieuwbouw aangemerkt. De bouw valt niet te rijmen met de toe- van de universiteit en van het zeggingen uit liet verleden. Nu er, academisch ziekenhuis zou veel aldus het cvb, op voldoende ver- werk bieden en derhalve beantwoorde basis programma's van schouwd mc^en worden als een werkgel^enheidsproeisen opgesteld kunnen worden is belangrijk het een volslagen raadsel waarom jekt voor het herstructurerir^smet nieuwbouw een jaar of tien gebied Zuid-JLimbm^i De werkgegewacht moet 'worden. In onder- ^ legenheidssituatie wordt hier met wijskundig' opzicht zou difr funest de'dag minder, aldus het cvb.

3000 uitstaande promessen zijn er 1700 van 500 gulden, 253 van 2000 gulden en 56 van 250 gulden. Voor met het aflopen van de promesvan 500 gulden getekend, waarvan er bijna 30.000 zijn opgenomen in de studietoelagen. Klein was niet bereid j n te gaan

op Van der Speks verzoek een andere regeling te treffen in die zin dat pas na beëindiging van de studie een begin wordt gemaakt met het aflossen van de premessen. Stelregel zal zijn: betalen, tenzij het echt niet kan. Wie dit hard kan maken komt in aanmerking voor een soepele betalingsregeling, waarbij valt te denken aan een rentedragende leningl Deze soepelheid zal het aantal gevallen waarin werkelijk niet betaald kan worden bijzonder klein maken, zo verwacht de staatssecretaris.

Studenten demonstreerden tegen studiefinanciering Op 18 sept. jl. lieten 1500 studenten in Amsterdam hun antwoord horen op de plannen van de regering met de studiefinanciering. Door het roepen van leuzen en het zingen van liederen, werd duidelijk gemaakt, dat het nieuwe studiefinancieringsplan van Klein, met de rentedragende leningen, en de plannen om de kinderbijslag en aftrek af te schaffen, volstrekt onaanvaardbaar is voor de studenten. Het „Geen bankier als studiefinancier" en het „Weg met planKlein" waren niet van de lucht. De demonstratie, die door het LOG en LOHBO georganiseerd werd, trok van het Museumplein naar de Aula op het Spui. Daar werd door verschillende sprekers de beEwaren tegen de regeringsplann«n vertolkt. „Plan Klein heeft als gevolg, dat het studenteninkomen nog verder achteruitgaat, dat studenten door de rentedragende leningen met enorme studieschulden komen te zitten en dat ze uitgeleverd worden aan de willekeur van de banken. Bovendien wordt met dit plan op volstrekt onaanvaardbare wijze 220 miljoen op de middelen bezuinigd. Het afbouwen van de kinderbijslag en aftrek betekent, dat de ouderlijke inkomens dalen en de studenten dus minder geld van hun ouders kunnen krijgen. Door deze maatregel wordt ook de hele financiering van plan-Klein op de tocht gezet, waardoor het plan alleen nog maar slechter kan worden." Met klem werd betoogd, dat niet verdere verslechtering maar verbetering van OBze^inkomenspositie 'moet plaats vinden. Dat efen beleid, wat gericht is op bezuinigin-

gen, invoering van het profijtbeginsel en studiedwang, nooit een progressief beleid kan zijn. Want het gevoerde beleid resulteert nl. in afbraak van de studenteninkomens en de externe demokratisering. Een verpaupering van de studenten en een leegloop van de universiteiten, dat is waar deze regering op aan stuurt. Dit doet zij echter niet alleen door de afschaffing van de KBA en het invoeren van het plan-Klein, maar ook door de afbraak van het huidige stelsel. Dit jaar zijn de beurzen, door het achterblijven van de normen wederom lager geworden. Er zijn zelfs al voorbeelden van mensen die ƒ 1200,— in hun beurs achteruitgegaan zijn. De compensatie in de beurzen voor de prijzen is volstrekt onvoldoende om de prijsstijgingen van de laatste tijd op te vangen. Boven op de 120 miljoen die Klein over 1973 en 1974 had „bespaard" op de beurzen komt voor het jaar 1975 nog eens 47 miljoen. Er worden enorme bedragen niet uitgekeerd, die wel begroot worden en dat komt door het achterblijven van de normen. Duidelijk is dat dergelijke ontwikkelingen op het gebied van de studiefinanciering gestopt moeten worden. De demonstratie op 18 sept. was een eerste succesvolle stap in die richting. Maar op diezelfde 18e september werd ook duidelijk dat de studenten het niet bij deze ene aktie zullen laten, maar door zullen gaan met de akties, net zolang totdat de studenten van een goed inkomen verzekerd zijn en de externe demokratisering bevorderd in plaats van. afgebroken wordt. , , , Denhard de Smit - Secr.^ studie/inanctërmff SRVU

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 september 1976

Ad Valvas | 440 Pagina's

Ad Valvas 1976-1977 - pagina 55

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 september 1976

Ad Valvas | 440 Pagina's