Ad Valvas 2006-2007 - pagina 256

B E S T U U R

PAGINA 6

AD VALVAS 18 JANUARI 2007

Collegevoorzitter René Smit pleit voor scherper profiel

'Voor mij is geen enkele structuur lieilig' te organiseren in herkenbare vormen - graduate schools, die groot genoeg zijn om landelijk en internationaal aan de weg te timmeren en ook een goede onderzoeksopleiding met promotietraject kunnen bieden. Dan moet je samenhang creëren tussen de opleidingen. Dus er zullen eerder twintig schools komen dan honderd. En je moet samenwerken. Zowel tussen de faculteiten als met andere universiteiten. Zo praten we met de UvA over het aanbod van bètamasters."

Nieuwe bureaucratie Ook op onderzoeksgebied wil het college zich nadrukkelijk op een beperkter aantal zwaartepunten richten. Al het onderzoek moet worden ondergebracht in tien è vijfden onderzoeksinstituten. Is dat niet veel te weimg en blijft er dan nog wel ruimte over voor creatieve wetenschappers die iets heel nieuws willen gaan doen? Smit denkt dat die ruimte er wel degelijk is. "Als je de nadruk legt op de onderlinge verschillen, zul je snel zeggen dat er meer instituten moeten komen. Maar zoek je de overeenkomsten, dan kun je best heel veel samen doen. Bovendien kuimen binnen één instituut dat interdisciplinair is verschillende onderzoekslijnen bestaan. Een faculteit kan dan in meerdere instituten participeren.

Talentenjacht

Collegevoorzitter René Smit (midden): 'Meedoen op wereldwijd speelveld'

Wil de VU internationaal meetellen, dan moet de universiteit zich concentreren op de onderwerpen waar ze écht goed in is. Smit vertelt wat hij wil veranderen. TEKST: DIRK DE HOOG FOTO'S: MARIJN ALDERS

"Wat me is opgevallen in het jaar dat ik nu aan de VU werk, is de enorme veelzijdigheid, de maatschappelijke relevantie en de grote betrokkenheid van de mensen hier. Die bieden een grootse rijkdom en dat is heel fascinerend om mee te maken", zegt René Smit, voorzitter van het college van bestuur. De komende maanden moet het eerste instellingsplan onder zijn voorzitterschap worden gemaakt. Daarin staan de strategische plannen voor de komende vier jaar. Binnenkort verschijnt het eerste concept. "Keuzes maken om duidelijker herkenbaar te zijn", is het motto van de collegevoorzitter. "Ik vraag me af of de VXJ wel voldoende beseft hoeveel rijkdom zij in huis heeft. Veel groepen zi)n vooral met him eigen ding bezig en weten soms nauwelijks wat een paar deuren verderop gebeurt. Door samen te werken en duidelijke prioriteiten te stellen, is er veel synergie te wiimen en dat zal nodig zijn, want de samenlevmg wordt steeds veeleisender. Voor het geld moeten we in de toekomst niet alleen naar Den Haag kijken. Om te overleven hebben we nieuwe financiermgsbronnen nodig en daarvoor moet )e duidelijk laten zien wat je te bieden hebt en maatschappelijk draagvlak scheppen", aldus Smit.

Geen CDA-universiteit Hl) vmdt dat de VU zich soms wat te bescheiden opstelt. "We moeten onze eigen idenüteit werkzaam durven maken. Daann kunnen we onderscheidend zijn. Onderwijs is niet alleen kennisverwerving, maar ook vorming met ruimte voor levensbeschouwelijke vragen en het onderzoek moet een maatschappelijk nut hebben. Dat zijn zaken die mensen binnen de VU drijven. Alles wat met de christelijke identiteit te maken heeft, is decennialang een beet-

je weggemoffeld als iets ouderwets en stofflgs, maar het is een uitdaging om een nieuwe invulling te geven aan onze traditie. Religie blijft een belangrijke drijfveer voor mensen. Alleen, laat wél ruimte voor verschillen en debat. We zijn geen CDA-universiteit, kijk maar naar hoeveel verschillende mensen met een VU-achtergrond in de politiek actief zijn. Die brede verscheidenheid aan maatschappelijke en levensbeschouwelijke betrokkenheid geeft een meerwaarde en gaat heel goed samen met kwalitatief hoogstaand onderwijs en onderzoek."

De toekomst van Amsterdam Niet alleen de VU, maar heel Amsterdam moet meer aan de weg timmeren om zich als wetenschapscentrum op de kaart te zetten. "Wetenschap en hoger onderwijs zijn ontzettend belangrijk voor de toekomst van Amsterdam, want de regio wordt steeds meer een echte kenniseconomie. Maar de stad profileert zich weinig als zodanig. Bijvoorbeeld op het gebied van de bètawetenschappen is Amsterdam de belangrijkste stad in Nederland. Maar

'Voor bètawetenschappen is Amsterdam de belangrijkste stad Nederland^

wie weet dat nu? Dan denkt iedereen al gauw aan Delft of Eindhoven. Daarom moeten de twee universiteiten, hogescholen en het stadsbestuur samenwerken om Amsterdam als kennisstad internationaal te profileren. Voor de Zuidas is het een verrijking als daar een internationaal georiënteerd onderwijs- en wetenschapscentrum is, dat aansluit op de dynamiek van dit internationale zakencentrum. Nu is de kans er om dat te realiseren. Die moeten we grijpen. Daarom ben ik ook voor de komst van een Amsterdams University College. Dat geeft uitstraling." Het bestuurscollege wil een duidelijk herkenbaar aanbod aan masteropleidingen realiseren. Die moeten worden ondergebracht in graduate schools. Smit legt uit waarom. "We denken dat een steeds grotere groep studenten bewust op zoek gaat naar een master die het best bij hem of haar past, dat het echt een nieuw keuzemoment wordt. Bovendien zijn de studenten die bewust zo'n keuze maken, natuurlijk juist degenen die wij graag hebben. Zij zijn de toekomstige wetenschappelijke talenten. Dus is het belangrijk om het masteraanbod heel goed

Een van de voornemens van het college op het gebied van onderwijs is het invoeren van een bindend studieadvies, maar er komt geen selectie aan de poort zoals sommige andere universiteiten willen. "We zijn tegen selectie aan de poort, want voor ons telt elk talent. Vanuit onze emancipatorische geschiedenis weten we hoe belangrijk het is verbolgen talenten binnen te halen", legt collegevoorzitter René Smit uit." We moeten ons echt inspannen om bepaalde groepen, zoals etnische minderheden, binnen te halen en te houden en deel te laten uitanaken van de unwersitaire gemeenschap. Elk talent hebben we hard nodig in de toekomst. Wat dat betreft is het ook ernstig dat nog steeds maar een beperkt aantal vrouwen doorstroomt naar belangrijke wetenschappelijke posities. Wie zijn talenten niet koestert, gaat een zware toekomst tegemoet, want de wetenschap wordt een wereldwijd speelveld."

Neem bijvoorbeeld het instituut Move, dat pas is gestart. Daarin werken onder meer bewegingswetenschappen, psychologie, pedagogiek, medisch centrum en tandheelkunde samen. Dat levert veel vernieuwing op en het is iets heel bijzonders. Kijk, als je vijftig dingen tegelijk wilt doen, ben je nergens echt goed in. Dan tel je internationaal niet mee. Je hebt juist een bepaalde omvang nodig om vernieuwend te kunnen zijn. N u bestaan veel projecten uit een hoogleraar met een handjevol medewerkers. Ik denk dat mede daardoor de alfa- en gammawetenschappers relatief weinig onderzoekssubsidies binnenhalen. De onderwerpen op zich zijn vaak relevant, maar je moet wel het allerbeste kuimen bieden wat er wereldwijd te krijgen is." Smit onderkent het gevaar dat door de komst van instituten en schools een nieuwe bureaucratie ontstaat naast de traditionele faculteiten. "Daar moeten we natuurlijk erg alert op zijn. Als we nieuwe structuren invoeren, moeten we goed kijken naar wat we met de bestaande doen. Duidelijk is dat faculteiten taken zullen inleveren. Voor mij is geen enkele structuur heilig, het gaat er om hoe we het onderwijs en onderzoek het beste kunnen organiseren en ondersteimen. Nu moet bijvoorbeeld een medewerker die overstapt van de ene naar de andere faculteit eerst ontslag nemen en dan weer m dienst treden. Dat is wel erg omslachtig. We moeten dan ook niet over organisatievormen op zich praten, maar over welke voorwaarden we moeten creëren voor zo goed mogelijk onderwijs en onderzoek, die in staat zijn in een mtemationaal sterk concurrerende context te floreren."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen