De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 362

OVEREENKOMST

M E T P O T C H E F ST RO O M

psalmberijming) sprak hij zelfs enkele malen over de psalmberijmingen.234 Het Cultureel Verdrag beoogde uiteraard ook, Zuid-Afrika te laten profiteren van bezoeken van Nederlandse geleerden. In de regel werd jaarlijks één van hen die eervolle uitnodiging verleend - eervol, want een dergelijk bezoek aan een vergelegen land was in die jaren voor nog maar weinig academici weggelegd. De v u ontving tot 1 9 6 0 bovendien geen volledige financiering en geld was op de v u dus steeds een beetje een probleem. Rector magnificus Dooyeweerd had (vergeefs) geprobeerd zijn reis naar Zuid-Afrika in dat kader te regelen (en laten betalen), zoals we zagen. Tegen die achtergrond deed de v u het goed in de jaren 1950. In 1953 bezocht de psychiater prof. dr. L. van der Horst Zuid-Afrika in het kader van het Cultureel Verdrag, 235 en in 1957 de bioloog K. H. Voous. 236 Er werden door het Zuid-Afrikaanse Komitee van Toepassing en Advies van het Cultureel Verdrag vaker namen van vu-hoogleraren (G. J. Sizoo, S. U. Zuidema, H. Smitskamp) genoemd als potentiële gasten, maar Sizoo en Smitskamp konden om allerlei redenen niet profiteren van deze mogelijkheid, en Zuidema reisde in 1959 buiten het Verdrag om naar Zuid-Afrika. Want de mensen van de v u hadden dat Cultureel Verdrag niet absoluut nodig. Zij hadden immers hun eigen mogelijkheden, zoals de bezoeken van Berkouwer, Waterink en Dooyeweerd leerden. Een ander voorbeeld was de reis van prof. dr. J. H. Bavinck (1895-1964), die sinds 1939 missiologie en vanaf 1954 ook praktische theologie doceerde aan de v u . Hij bezocht Zuid-Afrika in opdracht van de Wereldraad van Kerken in 1952 en was de eerste vu-docent die vervolgens voor langere tijd (bijna een half jaar lang) op uitnodiging als gastdocent optrad te Potchefstroom. 237 Potchefstroom maakte na de verheffing tot universitaire status (1951) serieus werk van de relatie met de v u. Zij zag traditioneel zeer op tegen de veel grotere zusterinstelling in Amsterdam. Onmiskenbaar gestimuleerd door de bezoeken van Berkouwer, Waterink, Dooyeweerd en J. H. Bavinck, wenste zij een structurele overeenkomst van samenwerking totstand te brengen. Op 28 maart 1958 schreef rektor J.C. Coetzee aan zijn vu-collega, rector magnificus G. H. A. Grosheide F. Wzn, waarbij hij een voorstel van Raad en Senaat van de Potchefstroomse

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen