De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 141

BOYCOT

van de v u en de Vereniging, was dr. C. F. Beyers Naudé, bij zijn 70ste verjaardag in 1985. Van de vu-docenten behoorde overigens alleen J. Verkuyl tot de scribenten in Met de moed der hoop. In de voorgaande decennia waren enkele publicaties van vu-docenten in vertalingen in het Afrikaans verschenen, voor de periode 19701 9 9 0 kunnen nauwelijks voorbeelden genoemd worden: een symposiumvoordracht van J. Blauw ('Christelike perspektiewe op rassingsverhoudings'), een artikel van Goudzwaard Calvyn se etiek van die sosiaal-ekonomiese lewe (1980) en een bijdrage van G. J. Schutte in een vernieuwend handboek over de geschiedenis van het ontstaan van ZuidAfrika, 1652-1820. 2 6 Slachtoffer van de boycotgeest was ook het wetenschappelijk onderzoek. Zuid-Afrika was lang geen object van wetenschappelijk onderzoek aan de v u , afgezien dan in een flink aantal (kerk)historische dissertaties, geschreven door Zuid-Afrikanen over Zuid-Afrikaanse onderwerpen. Dat maakte de betrokken promotores H . H . Kuyper en D. Nauta overigens niet tot actieve deskundigen op het terrein van de Zuid-Afrikaanse geschiedenis. Van andere wetenschappelijke disciplines aan de v u kreeg Zuid-Afrika pas aandacht vanaf 1960. 2 7 De eerste Nederlandse vu-promovendus die een Zuid-Afrikaans onderwerp behandelde was de jurist K. L. Roskam (1960), hiervoor genoemd. Drie andere promovendi waren de juriste M. Reinsma (1970), de psycholoog Y. Poortinga (1971) en de cultureel-antropoloog J.P. Feddema (1972). Allen deden onderzoek in Zuid-Afrika, daartoe in staat gesteld door een beurs in het kader van het Cultureel Verdrag. De medicus Jansen, die in 1973 promoveerde op de gezondheidsopvattingen onder de Bomvana, was meer dan een decennium lang zendingsarts in Transkei geweest. Maar daarna werd de bestudering van Zuid-Afrika, onmiskenbaar in reactie op het boycotstreven, opgegeven. Bij uitzondering koos een student een Zuid-Afrikaans onderwerp voor zijn afstudeerscriptie. 28 Promoties op Zuid-Afrikaanse onderwerpen vonden tussen 1973 en 1 9 9 0 niet plaats. Er bleef wel belangstelling voor Afrika, maar zij verschoof noordwaarts, naar zwart Afrika. Er verscheen een aantal dissertaties (van P. Bolink 1 9 6 7 , M.L. Daneel 1971 en G. Verstraelen-Gilhuis 1982) die verdedigd werden in de Faculteit der Godgeleerdheid en die de protes tantse kerken bestudeerden in enkele buurlanden van zuidelijk Afrika,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen