De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 156

OVER

EEN

DERDEWERELD

DOCTORAAL

nieuwe, irreguliere studenten werd het niveau van de inschrijvingen van Zuid-Afrikanen aan de v u van de jaren 1950-1970 weer bereikt. Studenten met een kortstondig studieverblijf zullen er ook vóór 1 9 9 6 geweest zijn. Enige indicatie ervan geeft het overzicht van de Zuid-Afrikaanse studenten 1959-1990, ontleend aan de jaarlijkse opgaven verschaft door het v u -Jaarboek. Dat overzicht geeft aan, dat weliswaar de gemiddelde duur van het verblijf van de studenten aan de v u gemiddeld gelijk bleef (twee tot drie jaren), maar dat een flink aantal ingeschrevenen slechts een of twee jaren bleef. 90 De tabel laat zien, dat de jaarlijkse totale Zuid-Afrikaanse populatie aan de v u na 1 9 7 0 duidelijk kleiner was dan ervoor, zonder overigens geheel onbelangrijk te zijn, behalve in de jaren rondom de breuk met Potchefstroom die kennelijk algemeen als een signaal van boycot werd beschouwd. De Zuid-Afrikanen aan de v u waren echter wel meer verspreid over de faculteiten. Met name het aantal theologen daalde sterk. In het decennium 1 9 6 1 - 1 9 7 0 studeerde de helft van alle Zuid-Afrikanen theologie (28, plus 1 Semitisch), tegen tweederde in de voorgaande periode. De overige 31 schreven zich in bij Letteren (10), Pedagogiek/Psychologie (6), Wijsbegeerte (4), Wis- en Natuurkunde (3), Medicijnen (3), Rechten (2), Economie (2) en Sociale Wetenschappen (1).91 Tabel 7.2 laat zien, dat die verbreding van de belangstelling van de studenten na 1970 voortging. In de jaren '60 verbleven dus gemiddeld 17 Zuid-Afrikanen aan de v u , 12 in de jaren '70 en 13 in de jaren '80. Een heel gering aantal op de totale studentenpopulatie van de v u , die van bijna 3000 in 1 9 6 0 steeg tot 5000 in 1965 en 1 0 . 0 0 0 in 1975. Maar ook op het geheel van de buitenlandse studenten vormden de Zuid-Afrikanen volgens de jaarlijkse opgaven in het Jaarboek v u nog maar een gering gedeelte: De inschrijfgegevens laten nog een ontwikkeling zien: de komst van niet-blanke studenten. Het was aanvankelijk nog een klein stroompje. De eerste was in september 1 9 6 2 ds. S.M. Shabalala uit Natal. Hij werd in januari 1 9 6 6 gevolgd door de medicus Esau Andrew du Plessis, eind 1 9 6 6 door ds. S. P. Buti en ds. Elia M.Tema in november 1967. Afgezien van Du Plessis waren het drie gevestigde kerkelijke leiders; 92 dat gold ook voor nog heel wat andere zwarte studenten (in

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen