De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 372

DE VU ALS

VOORBEELD

zij, in maart 1 9 4 9 , een Vereniging vir Hoër Onderwys op Christelike Grondslag (later Vereniging vir Christelike Hoër onderwys, v

c h o )

op.

Strauss behoorde niet tot de oprichters (zijn schoonvader D. F. Malherbe wel), maar was wel actief in de v als bestuurder van v c h o

s a c u m

c h o ,

als docent en spreker en

de uitgever van haar publicaties.

had een moeizame start, maar had vanaf oktober 1952 vorm

gekregen. 270 Voorzitter was toen de Stellenbosche theoloog F.). M. Potgieter (een oud-leerling van de vu); onder de bestuursleden was zoals gemeld ook prof. D. F. Malherbe en voorts J.C. Lombard. Beiden waren ook betrokken bij

s a c u m .

Lombard zou in 1955 als promovendus

aan de v u de Vereniging vertegenwoordigen bij het 75-jarig bestaan. Hij mocht een gift van honderd pond voor de medische faculteit overhandigen. 271 De v c h o had de bevordering van het christelijk-nationale onderwijs en de christelijke wetenschap als doelstelling. Zij gaf sinds 1953 een algemeen tijdschrift uit, Roeping geheten, en vanaf het jaar erna een wetenschappelijk Tydskrifvir Christelike Wetenskap. Het organiseerde cursussen en steunde de publicatie van diverse studies - bijvoorbeeld een boekje van H. J. Strauss over christelijke wetenschap 272 en publicaties van J. J. Duyvené de Wit over de evolutie - een zeer omstreden onderwerp in de gereformeerde wereld in die jaren. Hij was een kenner van de Wijsbegeerte der Wetsidee en bestreed het evolutiegeloof van bijvoorbeeld Pierre Teilhard de Chardin en had vragen bij de publicaties van zijn vu-collega J. Lever.273 Het oorspronkelijke ideaal van de

v c h o

-

de stichting van een

christelijke universiteit - was al snel opgegeven: er was te weinig weerklank. Verandering van de onderwijs wetgeving en opheffing van de gewetensclausule bleken eveneens onuitvoerbaar. Hoewel individuele politici er soms gevoelig voor waren, had de Nasionale Party daar geen enkele behoefte aan. 274 Hetzelfde gold voor het oude ideaal van vrij christelijk-nationaal onderwijs. De overgrote meerderheid van de Afrikaners was na 1948 tevreden met de enkel-medium (Afrikaanstalige) staatsschool. Hooguit werd van de zijde van de n g Kerk, zonder veel resultaat, geprobeerd de 'staatskool te verchristelijk'. 275 Wat voor v c h o resteerde was dus een zeer bescheiden, stimulerende rol. Wat publicaties, een jaarlijks congres (waarop in 1959 de vu-filosoof S. U. Zuidema sprak, en in 1963 zijn collega J. D. Dengerink27<s), en een enkele voordracht of lezing. Naar het voorbeeld van de Vereniging voor calvinistische wijsbegeerte in Nederland probeer-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen