Peter Bak__Historische Reeks Deel 14 - pagina 119

worstelen met de wub

118

nistratieve staf, zorgde voor onwerkbare verhoudingen. Omdat de studenten een gesloten blok vormden en de vertegenwoordigers van het technisch-administratieve personeel zich vaak van stemming onthielden, hoefde slechts één staflid met de studenten mee te stemmen om een patstelling te doen ontstaan. Moest een staflid verstek laten gaan of stemden er twee met de studenten mee, dan had het bestuur helemaal het nakijken. De fifty-fifty-verhouding tussen het wetenschappelijk personeel enerzijds en de studenten en de technisch-administratieve staf anderzijds was volgens Schulte Nordholt een onding. De verhouding moest 60-40 zijn, wilde de subfaculteit zich niet aan Mundus overleveren en in een moeras van besluiteloosheid wegzinken.43 Schulte Nordholts brief was velen uit het hart gegrepen. Zijn alarmerende schrijven legde de basis voor een nieuw subfaculteitsreglement dat in maart 1973 gereedkwam. Geestelijke vader van het reglement was Joop Oostenbrink, sinds een jaar lector staatsrecht bij de subfaculteit politicologie, als opvolger van Boukema die hoogleraar in de juridische faculteit was geworden. Ook Oostenbrinks benoeming was allerminst vlekkeloos verlopen. Studenten hadden de jonge

Herman Schulte Nordholt (1911-1993), hoogleraar culturele antropologie van 1967 tot 1981. (foto hdc)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen