GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Achtste Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag - pagina 23

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

zijn der verachting veel te zat. Onze ziel is veel te zat des spots der weelderigen, der verachting der hoovaardigen." Het scheen soms, dat onze stichting er onder bedolven zou worden. Toch was ook dit onze ervaring, dat het niet gaat naar wat menschen beoogden en zich ten doel stelden, maar naar Gods Raad. „Ten ware de Heere, die bij ons geweest is, als de menschen tegen ons opstonden. Toen zouden zij ons levend verslonden hebben, als hun toorn tegen ons ontstak." Want nu zulk een gansche rij van Dienaren des Woords ons afviel en daarmede een kring van mannen, die anders tot steun onzer stichting waren, scheen het voor menschen soms donker; maar nu blijkt, dat de Heere machtig is, voor één tien anderen in de plaats te geven en de tragen hun loop te doen versnellen. Dank ook aan de Zeeawsche broederen is in ons hart voor het vele, dat ze voor onze stichting deden, maar toch ook van hen geldt: zij konden dit aiet, tenzij „de Heere bij hen geweest ware." Daarom zij ons aller woord: Gode zij lof en dank, die onsgenadig is geweest. Onze hulpe heeft gestaan in den Naam des Heeren, die den hemel.en de aarde gemaakt heeft. Zij dan ook voortaan deze toon in ons hart: „Gelijk de oogen der knechten aijn op de hand hunner heeren ; gelijk de oogen der dienstmaagd zijn op de hand harer vrouw, alzoo zijn onze oogen op den Heere, onzen God, totdat Hij ons genadig zij.". Alle steun zal ons schade zijn, zoo we daardoor afzien van den Heere onzen God. Hij toonde ons dat het niet bestaat in de veelheid en de kracht van menschen, maar dat Hij het is, die den hemel en de aarde gemaakt heeft en doet al wat Hem behaagt en doet groeien, wat Hij wil dat groeien zal. Daarom, laat ons opzien naar boven, van waar onze hulpe komen zal. Doen wij dat ook nu in den gebede. Vervolgens heeft plaats do voorlezing der presentielijst en van ingekomen stukken, o. a. van Jhr. Mr. Elout van Soeterwoude, Mr. Keuchenius en Ds. Fortuin van Barendrecht, die verhinderd waren de Vergadering bij te wonen, terwijl laatstgenoemde op Dordrecht de aandacht vestigde voor de volgende jaarvergadering. Prof. De Hartog deelt mede, dat de heer Van Alphen en andere heeren Kamerleden hier niet konden zijn, wegens eene Kamerzitting. Daardoor was ook de Secretaris-Directeur, de heer J. O. Fabius, verhinderd te komen en werd aan den Baron S.van Heemstra gevraagd, de notulen der vorige Vergadering te lezen. ISTa goedkeuring der notulen en onderzoek van de geloofsbrieven der Afgevaardigden en vaststelling van het Jaarverslag over 1886, brengt de heer Vrolijk als rapporteur van de Oommissie tot

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888

Jaarboeken | 189 Pagina's

Achtste Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag - pagina 23

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888

Jaarboeken | 189 Pagina's