GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Dertiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 46

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

XLIV

Niet elk vi-oom kind moet predikant worden; men vrage ook of hunne roeping is leeraar te worden. Voor de Letteren en de Theologie zullen wij binnenkort wel voorzien zijn, terwijl aan rechtsgeleerden binnenkort groot gebrek komt. Het is te verwachten, als men in aanmerking neemt, dat 250 jongelieden te Zetten én te Kampen én te Amsterdam zich voorbereiden voor het leeraarsambt, dat weldra alle vacatm-es bezet zijn. Alleen die studeeren kunnen, die aanleg hebben tot studie, mogen stadeeren; de anderen hebben de roeping om niet te studeeren, zoo is de tweede opmerking van den hoogleeraar. Er moet hard gewerkt aan de Vrije Universiteit; de studenten moeten uitmunten boven anderen. Men mag iemand niet voorthelpen, omdat hij aan de Vrije Universiteit studeerde; alleen die goed gestudeerd hebben moeten geholpen. Prof. Rutgers heeft echter bedenking tegen het bezoeken van colleges, door studenten in de Rechten, aan de Staats-Universiteit. Onze leerlingen moeten de bedenkingen der tegenstanders weten, maar laat hen ze uit onzen mond hooren, zegt Z.H.G.; de zuigkracht van afbrekende hoogleeraren is te groot. Hij zou niet gaarne een leerling sturen onder 't gehoor van een welsprekenden aartsketter. Bovendien is het niet noodig, van den dienst der hoogleeraren aan de Staats-Universiteit gebruik te maken, daar men; met wat meer moeite, toch bij hen examen doen kan. Ook Prof. Fahius acht het beter, dat de student met de dolingen der tegenstanders door, de hoogleeraren der Vrije Universiteit bekend gemaakt wordt. Z.H.G. wijst er op, dat de vooruitzichten van de studenten der Vrije Universiteit niet gunstig zijn, daar het krijgen van eene Staatsbetrekking zeer moeilijk voor hen is. Slechts weinigen kunnen voor de pers arbeiden; weinigen vermogen als leiders van politieke vergaderingen op te treden. Het geheele terrein van het leven moet voor onze studenten open staan, gelijk zij zich geheel aan hunne taak hebben te geven. Mr. Heemskerk verkrijgt hierop het woord, om te betoogen dat slechts dan colleges der Staats-Universiteiten mogen bezocht, als het alleen daardoor mogelijk wordt om de door den Staat vereischte examens af te leggen, zonder dat daarbij het volgen der colleges van de Vrije Universiteit wordt belet. De vraag rijst bij den spreker: is de Juridische faculteit genoeg bezet om den student in de gelegenheid te stellen examen te doen zonder de colleges der Staatsprofessoren te volgen? Is dit niet het geval, dan is het niet God verzoeken, als men de colleges der tegenstanders bezoekt. Onze jongelieden hebben een volle wapenrusting noodig om Gods volk te dienen. Is het daarvoor noodig colleges der Staats-Universiteit te bezoeken, dat het dan geschiede. Ten slotte erlangt de referent het woord, om de verschillende

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Jaarboeken | 196 Pagina's

Dertiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 46

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Jaarboeken | 196 Pagina's