Jaarboek 1928 - pagina 117

124 ,,Voor de Vrije Universiteit zoeken we dus den bedoelden waarborg niet uitsluitend in kerkelijk toezicht. Zij heeft dien waarborg in haar eigen Statuut en inrichting." Geheel in overeenstemming met het voorafgaande was het streven van de oprichters der Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag, om tot de Universiteit te trekken ieder, die zich zou kunnen vereenigen met den grondslag, waarop de Universiteit voor haar onderwijs krachtens art. 2 der Statuten staat en niet uitsluitend de leden eener bepaalde kerkengroep. Het feit, dat ondanks dit streven het doel slechts in zeer geringe mate is verwezenlijkt en verreweg de meeste leden van de Ver. v. H. O. op G. G. Hd zijn eener Gereformeerde Kerk, verklaart de neiging van sommige leden, om het bindend gezag, dat de confessioneele uitspraken van de Gereformeerde Kerken voor hen hebben als leden dezer kerken, tevens te willen doen gelden voor de Universiteit. Doch, hoewel de uitspraken van Gereformeerde Kerken, zoowel hier te lande als in het buitenland, ongetwijfeld voorname kenbronnen der Gereformeerde beginselen zullen zijn voor de Universiteit, — bindend gezag, als bedoeld in artikel 2 der Statuten, kan aan deze uitspraken binnen den Universitairen kring niet worden toegekend. Den waarborg voor de zuiverheid harer beginselen vindt de Ver. v. H.' O. op G. G. uitsluitend in haar statuten, en de handhaving dezer beginselen, ook wat de Universiteit aangaat, berust bij eigen organen. IV.

Grondslag Universifcif.

Krachtens art. 2 der Statuten staat de Vereeniging „voor alle onderwijs, dat in haar scholen gegeven wordt, geheel en uitsluitend op den grondslag der Gereformeerde beginselen en erkent mitsdien als grondslag voor het onderwijs in de Godgeleerdheid de Drie Formuheren van Eenigheid, gelijk die in den jare 1619 door de Nationale Synode van Dordrecht voor de Nederlandschc Gereformeerde Kerken zijn vastgesteld; een zoodanig gezag daaraan hechtende, als genoemde Synode, blijkens haar eigene handelwijze en hare acten, aan de belijdenisschriften der Nederlandsche Gereformeerde Kerken heeft toegekend." Omtrent de motieven en overwegingen, die de oprichters der Vrije Universiteit ertoe geleid hebben art. 2 der Statuten te formuleeren, zooals het thans luidt, is zeer weinig bekend. Vaststaat, dat men na rijp beraad en na meerdere andere

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen