Jaarboek 1934 - pagina 75

73

werd intusschen de instandhouding van het oude niet vergeten: naar goede gewoonte belegde het college van Directeuren den dag vóór de jaarvergadering weer een wetenschappelijke samenkomst; gelukkig mag geconstateerd, dat de belangstelling, in welke verleden jaar te Leiden duidelijk een opleving viel te bespeuren, niet terug liep: de bijeenkomst te Zwolle, die ditmaal onder leiding van Dooyeweerd stond, is uitmuntend geslaagd, 's Morgens refereerde Dr. K. Sprey over „Het principaat van Augustinus" en 's middags collega Anema over „De Italiaansch-fascistische staatsleer." Al valt van den arbeid door Curatoren verricht uiteraard hier lang niet zooveel te vermelden, toch mag daaruit niet geconcludeerd, dat hun werk minder belangrijk was: de insider weet, dat het inzonderheid dit jaar bijzonder veel tijd, moeite en wijsheid vergde. Een hartelijke dankbetuiging namens heel de Universiteit moge daarom het Curatorium vergoeden wat het aan publieke belangstelling onwillekeurig tekort komt. Makkelijker kan weer een groot deel der werkzaamheden van den Senaat besproken. Deze hield dit jaar, afgezien van de promoties, meer publieke zittingen dan gewoonlijk. De eerste was die in welke evenals andere jaren de dies natalis onzer Universiteit werd herdacht; de gebruikelijke rectorale oratie handelde ditmaal over „De noodzakelijkheid eener Christelijke logica." De tweede vermeldde 'k reeds vroeger: het was die in welke collega A. Sizoo inaugureerde. Een geheel exceptioneel karakter droeg echter de derde, welke den 27en Maart j.l. in de groote zaal van het Koloniaal Instituut belegd werd ter herdenking van het vierde eeuwfeest der geboorte van Prins Willem I. Voor een in vrij grooten getale opgekomen en met gespannen aandacht luisterend publiek sprak collega van Schelven daar over „Prins Willem's geloof en godsdienstpolitiek". Ook op andere wijze deed de Senaat ditmaal meer dan anders van zich hooren: ik denk hier aan de eerste publicatie van prijsvragen ;oor studenten. Anders dan bij die welke ter gelegenheid van het vijftigjarig jubileum werden uitgeschreven, komen voor de beantwoording van deze prijsvragen slechts aan een inrichting voor H. O. studeerenden in aanmerking. Op deze wijze wordt ook onzerzijds een poging gedaan de aandacht der jongere generatie op bepaalde .'raagstukken te vestigen en haar studielust te prikkelen. Met het oog op den oeconomisch moeilijken toestand besloot de Senaat bij eventueele bekroning van een antwoord den inzender de keuze te laten tusschen den gouden eerepenning en een bedrag aan geld ter waarde van dezen. Het lag voor de hand, dat bij deze eerste publicatie de voorrang werd gegeven aan de oudste twee faculteiten, de juridische en de theologische. Eerstgenoemde verlangt een critisch historischdogmatisch onderzoek naar de ontwikkeling van het leerstuk van het rechtsmisbruik (abus de droit) en het zoogenaamde gezagsmisbruik

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen