GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek 1934 - pagina 37

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek 1934 - pagina 37

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

35 Spr. ging na de ontwikkeling der natuurwetenschappen in den loop der eeuwen, die vooral in den lateren tijd een zoo groote vlucht heeft genomen, waardoor niet alleen het natuurgebeuren als 't ware in enkele formules werd vastgelegd, doch ook meer en meer de overtuiging postvatte, dat uit den toestand van het heden, de toestand der wereld in de toekomst kon worden afgeleid en die in het verleden kon worden gereconstrueerd. Zoo ontstond een wereldbeschouwing, waarin voor het mysterie van het leven, voor God en het goddelijke geen plaats was en die daarom de kiem der ontbinding in zich droeg. Zij gaf echter geen bevrediging gevend antwoord op de groote levensvragen. De Christen denkt over al deze dingen anders, omdat voor hem voorop staat het geloof: het geloof, dat God het heelal heeft geschapen en den mensch, geschapen naar Gods beeld, dus in beginsel in staat is Gods schepping te kennen. De Schriftgeloovige onderzoeker staat dus geheel anders bij het begin der wetenschap. Hij heeft in zijn geloof een fundament om op te bouwen, en in Gods Woord een richtsnoer, waarop hij kan vertrouwen. De H. Schrift leert ons op elke bladzijde, dat om God te leeren kennen den mensch de geheele schepping ten dienste staat. Onderzoek van het geschapene zonder de kennis der Openbaring kan niet leiden tot het verstaan der schepping. Dit beteekent echter niet, dat de Christen-wetenschap-beoefenaar tot een onfeilbare kennis zal komen. Neen, hij zal voor problemen komen en — aldus besloot Spr. — bij het einde van zijn onderzoek zal ook voor hem gelden het: „Wij kennen ten deele".

§ 8.

Verslag Rede Ds. J. J. Knap. Vrije Universiteit en Volksleven.

Spreker begon met te wijzen op den afstand tusschen de beide termen van zijn onderwerp: Vrije Universiteit en Volksleven. De eerste omvat slechts een kring van uitgelezenen, de laatste het geheele volk in zijn onderscheiden lagen. Allen nemen er praktisch deel aan. Er is daarin het persoonlijk leven van ieder in 't bijzonder, 't Heeft door den regelmatigen terugkeer van dezelfde plichten wel iets van een tredmolengang. Maar wanneer het zich bindt aan den wil Gods, geopenbaard in 't Woord, en zich dus richt naar de van God bepaalde ordinantiën, wordt de óm-gang van den tredmolen tot een öp-gang van een spiraal: de mogelijkheden van het persoonlijke leven worden alleen in dien weg tot werkelijkheden, en het leven groeit heen naar zijn opperste ontplooiing, — de kroon des levens. Deze waarheid geldt ook voor het breedere maatschappelijke leven met zijn vele geledingen. Dit moet eveneens aan de geopenbaarde ordi-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1934

Jaarboeken | 182 Pagina's

Jaarboek 1934 - pagina 37

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1934

Jaarboeken | 182 Pagina's