GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek 1934 - pagina 68

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek 1934 - pagina 68

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

66

§ 15.

Lotgevallen der Universiteit.

Rede van Prof. Dr. D. H. Th. Vollenhoven, gehouden ter overdracht van het Rectoraat der Vrije Universiteit aan Prof. Dr. V. H. Rutgers op Woensdag 20 September 1933.

Mijne Heeren Directeuren der Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag, Curatoren en Hoogleeraren der Vrije Universiteit, Doctoren, Dames en Heeren Studenten, en allen, die door uwe tegenwoordigheid van uwe belangstelling in onze Hoogeschool blijk geeft; Zeer geachte en zeer gewenschte

toehoorders!

Aan het einde van z'n ambtsperiode rust, naar oude gewoonte, op den Rector eener Universiteit de dubbele roeping, de fata van het afgeloopen Academiejaar te vermelden en de hooge waardigheid aan z'n opvolger over te dragen. Terwijl nu de uitvoering van het tweede deel mijner taak me in alle opzichten toelacht, brengt die van het eerste niet geringe bezwaren met zich. Daar zijn in de eerste plaats de moeilijkheden aan iedere beschrijving van een stuk menschenleven inhaerent. Het veld van onderzoek moge immers ten aanzien van dengene die het analyseert ten deele passief zijn, het is ook hier allerminst met „object" te vereenzelvigen: de voornaamste plaats daarin komt zonder twijfel aan een reeks van subjecten toe, die, hetzij religieus, hetzij pseudo-religieus bepaald zijn en in wier handelingen reflexie en motiveering een belangrijke rol spelen. Wel is waar zijn deze factoren bij de ontleding van een deel der „histoire contemporaine" makkelijker toegankelijk voor herinnering en confrontatie dan wanneer het onderzoek een stuk van het verre verleden betreft, maar daartegenover staat weer als verzwarende om.standigheid niet slechts dat men in het gebeuren van het jongste verleden zelf handelend optrad, maar ook dat men eenerzijds de gegevens omtrent gisteren trouw heeft te verzamelen en aan de andere zijde het latere verleden niet goed valt te kennen zonder het vroegere, dat intusschen bij een gelegenheid als deze ternauwernood kan aangestipt. Waarbij dan ten slotte nog komt, dat er dit jaar zooveel voorviel, dat de stof zeker niet behoefde gezocht, maar veeleer diende geschift. Met de opsomming dezer bezwaren beoogde ik natuurlijk niet me te onttrekken aan een lastigen plicht; indien ze u slechts toegefelijk stemde ten aanzien van de poging, hem te vervullen, is m'n doel bereikt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1934

Jaarboeken | 182 Pagina's

Jaarboek 1934 - pagina 68

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1934

Jaarboeken | 182 Pagina's