Jaarboek 1936 - pagina 39

37

nu in groote moeilijkheden verkeeren, omdat de Overheid dan op die uitkeering sterk had moeten bezuinigen en het van andere zijden, waar men de V. U. niet beschouwt als te behooren tot de „noodzakelijke instituten" niet aan aandrang zou hebben ontbroken om op die bijdrage een zeer vergaande bezuiniging toe te passen. Hoe verheugd ben ik ook daarom — aldus spr. — dat de V. U. financieel niet steunt op den Staat, doch op het Geref. volksdeel, dat steeds voor 'haar instandhouding en ontwikkeling offers bracht, die eerbied afdwingen, en dit ook nu weer doet, zoodat het tekort over de jaren 1933 tot en met 1935 is teruggebracht tot een bedrag, waarover wij niet verder behoeven te spreken, omdat wij weten, dat het ook daarmede in orde komt. Hierna komende tot zijn eigenlijke onderwerp: „Roeping en beteekenis der V. U.", zeide spr., dat de roeping der V. U. altijd is afgeleid uit de roeping der Gereformeerden om hun geloof te belijden, naar dat geloof te leven en naar dat geloof te handelen. Uit hoofde dier roeping is de V. U. gesticht voor de beoefening der wetenschap, en de opleiding der studenten, op den grondslag der Geref. beginselen. Wanneer men de geschiedenis der laatste 55 jaren bestudeert, dan komt men tot de overtuiging, dat op geen enkel gebied der Geref. werkzaamheid het Geref. volksdeel in staan zou zijn geweest de actie te ontplooien, welke het ontplooid heeft, zonder de V. U. Want de V. U. heeft voor een belangrijk deel voorzien in de behoefte van het Geref. volksdeel aan een staf van leiders en 'C'oorgangers. Zeker, er is hier op allerlei gebied een tekort geweest en nog een tekort, doch dit mag ons niet beletten om dankbaar te zijn voor het vele goede, dat God gaf. In deze historische roeping der V. U. is in dezen tijd geen wijziging gekomen. Want wat ook verandert, vast blijft staan de plicht der gehoorzaamheid aan Hem, Die ons geroepen heeft. Het geheele leven is in dezen tijd in beweging en groote vraagstukken, zooals op staatkundig gebied dat van gezag en vrijheid en op theologisch gebied dat van de dialectische theologie, vragen de aandacht, doch de V. U. behoudt haar oude taak en roeping, ook inzake de wisselwerking tusschen wetenschap en leven en de handhaving van de vastheid der beleden beginselen. Daarom mogen wij — aldus besloot spr. — voor de V. U. veel vragen! Blijve onder ons de trouw en moge de V. U. in beteekenis toenemen! Het Calvinisme belijdt in ootmoed Gods souvereiniteit. Deze belijdenis eischt de inspanning van alle krachten! Als dat verstaan wordt, dan zal het Geref. volksdeel ook voorzien in de nooddruft der V. U., omdat God het dan in staat zal stellen dit te doen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen