GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek 1960-1961 - pagina 79

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek 1960-1961 - pagina 79

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

overdrachtsrede

de begeleidende Memorie van Antwoord extra vol staan, bedacht zij, dat wetten blijven, maar dat memorie snel vervliegt. Naderen de openbare en bijzondere instellingen dan elkaar ? De vraag is belangwekkend, maar er moet direct aan worden toegevoegd: ze is niet relevant, want noch civiel effect, noch subsidie, noch toenadering is reden om de bijzondere universiteiten verder te richten naar een rijkspatroon, dan het belang van wetenschap en opleiding vereist. Dit belang vereist niet dat hetgeen uit het vrije maatschappelijke leven is opgekomen voortaan wandelt in 's rijks uniform-kledij. Het wetsontwerp echter gaat bedenkelijk in die richting. Typerend is de rem welke het ontwerp zet op nieuwe studierichtingen. Men weet, dat niet-rijks instellingen in het verleden belangrijke initiatieven hebben ontplooid, hun zwakke kracht ten spijt. Studierichtingen als economie en politicologie hebben hun ontstaan en hun aanzien niet te danken aan de grondwettelijke „aanhoudende zorg" der regering; de politicologie is nog in het geheel niet geregeld. De artikelen 20 e.v. van het ontwerp der wet remmen dergelijke initiatieven voor de toekomst af. Zelfs voor ongesubsidieerde initiatieven is ministeriële goedkeuring of een regeling vereist. Hier wordt de vrijheid der wetenschap, die onder alle wetenschapsbeoefenaars zo hoog wordt gewaardeerd, al te zeer gereglementeerd. Naderen openbare en bijzondere instellingen elkaar? Leest men er het Spreidingsrapport, dat dit jaar verscheen, op na, dan is de vraag of nieuwe universiteiten en hogescholen openbare of bijzondere zuUen zijn, nauweUjks meer een vraag; het rapport gaat er stilzwijgend van uit dat het openbare instellingen zullen zijn. Het mag voor de Vrije Universiteit vleiend heten dat deze gedachte verband houdt met het feit dat men de Vrije Universiteit ziet als de enige niet-regionale universiteit. Maar wel heel vlot kwam deze commissie tot de conclusie dat de volksgroep, die aan ons verwant is, toch wel naar de V.U. gaat en dus bij verdere planning buiten beschouwing gelaten kan worden. Het rapport schijnt de wens om een universiteit dicht bij huis te hebben, uiterst respectabel te achten, maar niet geschikt voor het brein van liefhebbers van bijzonder onderwijs. Intussen is de Vrije Universiteit niet zo universeel in eigen kring, zij trekt niet aUen die aan haar verwacht zouden worden

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1960

Jaarboeken | 140 Pagina's

Jaarboek 1960-1961 - pagina 79

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1960

Jaarboeken | 140 Pagina's