GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek 1968 - pagina 124

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek 1968 - pagina 124

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

in de rangschikking der atomen. Deze ordening houdt een aantal slapende potenties in, waarvan voorlopig niets blijkt. Het deeltje eet en drinkt niet, vertoont geen stofwisseling en heeft niet de minste neiging zich te delen of met een soortgenoot te paren. Het beweegt wel, doch deze beweging is volkomen passief en wordt veroorzaakt door toevallige botsingen van omringende moleculen. In deze toestand lijkt het virusdeeltje een volkomen onschadelijk en nutteloos produkt van de natuur, gedoemd om na korter of langer tijd uiteen te vallen zonder sporen van zijn bestaan na te laten. De situatie verandert echter snel, zodra het in aanraking komt met een levende cel, die herkend wordt als gastheercel. Wat deze herkenning inhoudt, is thans nog niet precies bekend. In algemene termen kunnen we zeggen, dat zich op het oppervlak van de cel receptormoleculen bevinden met een ordening, die zich aansluit aan de ordening van het virusdeeltje. Het deeltje ,,past" op de cel als een sleutel op een slot. Het kleeft aan de cel vast. Deze toevallige gebeurtenis wordt dan snel gevolgd door een reeks van allerminst toevallige, verbijsterende processen, waarbij alle slapende potenties van het deeltje tot uiting komen. Bij de beschrijving van de hoofdlijnen, waarlangs deze processen verlopen, beperk ik mij nu tot een bepaalde groep van virussen, namelijk de virussen, die als gastheercel een bacterie uitzoeken. Deze virussen worden bacteriofagen genoemd, hetgeen zoals de klassici onder U reeds zullen hebben begrepen, vertaald kan worden als ,,bacterievreters". Inderdaad springt de bacteriofaag niet zachtzinnig met zijn gastheer om. Hij stort om te beginnen zijn inhoud in het inwendige van de bacterie uit, nadat hij op nog niet geheel opgehelderde wijze een gaatje heeft gemaakt in de bacteriewand. De omhulling van de bacteriofaag, die zoals we later zullen zien, een kunstig bouwwerk is van eiwitmoleculen, heeft dan haar taak verricht. Zij dient slechts ter bescherming van de inhoud en voor het maken van contact met de bacteriewand. Daarna heeft zij afgedaan. De inhoud bestaat uit een lang draadvormig molecuul nucleinezuur, in laboratoriumtaai D N A geheten, of, in een andere variëteit, RNA. Het interessante is nu, dat het D N A van het virus dezelfde chemische componenten bevat als het D N A dat in alle levende organismen voorkomt in de chromosomen. Het is niet, zoals dikwijls slordig wordt gezegd, de drager van de erfelijke eigenschappen. Het bevat echter wèl in chemisch herkenbare vorm de informatie, op geleide waarvan de levende cel haar bestanddelen vervaardigt. Het is dus wèl de stof, waarop in de natuurwetenschappelijke beschrijvingswijze het tot stand komen der eigenschappen is terug te voeren. De DNA-draad van het virus bevat als bouwstenen dezelfde. 122

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1968

Jaarboeken | 136 Pagina's

Jaarboek 1968 - pagina 124

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1968

Jaarboeken | 136 Pagina's