Jaarboek 1980-1981 - pagina 161

16 Juli 1981 overleed Meijer Cornells Smit op de leeftijd van 69 jaar. Hij werd begraven in zijn geboorteplaats, Haastrecht. Smit was hoogleraar aan de Vrije Universiteit, waar hij de geschiedenisfilosofie en de filosofie der Middeleeuwen doceerde. Hij studeerde, eveneens aan de V.U., van 1932 tot 1946. Een lange maar weibesteedde tijd, zoals te verwachten was van een man, die zijn levenlang ontspanning verdacht vond, hoogstens een middel om beter te kunnen werken, en die met zijn vacanties meestal geen raad wist. Eerst studeerde hij theologie maar ging al spoedig over naar de studie in rechten en in geschiedenis, legde in alle drie een examen af en tenslotte doctoraalexamen in geschiedenis. Zijn belangstelling was steeds zeer breed en ook diepgaand. De filosofie had reeds in zijn studietijd zijn volle aandacht. Na zijn studie werd hij benoemd aan de dr. Kuyperstichting, waarvan hij later de bibliothecaris werd. In 1950 promoveerde hij aan de V.U. onder leiding van Smitskamp cum laude op het proefschrift De verhouding van Christendom en Historie in de huidige Rooms Katholieke geschiedbeschouwing. Smit werd in 1955 tot hoogleraar aan de V.U. benoemd met de opdracht: Geschiedenis der Middeleeuwen en de theorie der geschiedenis. Zijn inaugurele rede: Het goddelijke geheim in de geschiedenis, heeft een stempel gezet op al zijn werk aan de V.U.. Terwijl zijn voorganger, dit geheim kennende, meende, dat het in de wetenschap niet aan de orde kon komen, heeft het Smit voortdurend in beslag genomen. Bij de oprichting van de C.I.F. in 1963 werd Smit mede daarin benoemd met de opdracht: De filosofie van de geschiedenis. Hij was ook de eerste dekaan van de C.I.F.. In 1970 kwam hij over naar de C.I.F.. Zijn opdracht voor de geschiedenis der Middeleeuwen verviel en de opdracht: middeleeuwse en moderne rooms katholieke wijsbegeerte, werd toegevoegd. Van meetaf was zijn belangstelling gewekt en gemotiveerd door de calvinistische wijsbegeerte, die door Dooyeweerd en Vollenhoven tot ontwikkeling gebracht was. Ook al verschilde hij op een voor hem zeer belangrijk punt, de opvatting van de geschiedenis, van Dooyeweerd's kijk daarop, hij voelde zich geestelijk innig verbonden met deze beweging. Geruime tijd was hij bestuurslid van de Vereniging voor Calvinistische Wijsbegeerte en curator van de Stichting Bijzondere Leerstoelen. Als docent was Smit bijzonder geliefd bij de studenten. Zijn colleges werden druk bezocht en zijn privatissimum was steeds een gebeurtenis. Dat hield zeker verband met zijn geweldige belezenheid. Lezen was zijn liefde en nam 159

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen