1948 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 151

DE YOGI E N DE VOLKSCOMMISSARIS. A r t h u r K o e s t i e r , de schrijver, die zich beijvert om de waarheid omtrent de Sovjet-Republiek der wereld kond te doen, gaf ook een bundel essays uit onder bovenstaanden titel, waarin voor een groot deel hetzelfde doel wordt nagestreefd. De titel is enigszins sensationeel, doch wil alleen wijzen op twee tegengestelde methoden, die ter wereldverbetering worden aanbevolen: de Yogi zocht die geheel van binnen uit te verwezenlijken, de (Russische) volkscommissaris verwacht alle heil van een verandering, van boven en buiten af doorgezet. Het laatste hoofdstuk nu van dezen bundel is, naar het mij voorkomt, ook van belang voor de problematiek, waarmede onze vereeniging, als het goed is, worstelt. Ik wil niet zeggen, dat ik dit opstel naar inhoud en strekking volledig begrepen heb: ik vrees zelfs van niet, maar wil er toch op wijzen, in de stille hoop, de aandacht van een scherper brein dan het mijne, er op te vestigen, en met de wens, dat dit brein zich geroepen moge gevoelen in de kolommen van deze periodiek uiteen te zetten, wat van K o e s t l e r ' s visie te denken zij. Bij de bespreking van het vraagstuk van vrijheid en determinisme onder zijn verschillende aspecten, zegt hij, dat het Christendom de oplossing een belangrijke stap verder bracht. ,,De vrijheid van den mens is niet langer een illusie, maar een werkelijkheid op het menselijke plan, terwijl de Godheid almachtig en alwetend is en de wereld volkomen beheerst op een bovenmenselijk plan. Het dilemma is verscherpt en te zelfdertijd opgelost door de breuk in den geest in de natuur te projecteren. De wereld zelf is verdeeld in een niveau van menselijke wilsbeschikking en een niveau van goddelijke wilsbeschikking — noodlot. Deze niveaux staan in een hiërarchische orde, d.i. de wetten van de goddelijke logica zijn ondoordringbaar voor de menselijke geest, terwijl de laatstgenoemde een open boek is voor de Godheid. God is ,,niet wat ik denk, dat Gij zijt, maar wat Gij Uzelve weet te zijn". De wereld van de primitieve mens was homogeen in dien zin, dat de bovenmenselijke volbrengers van het noodlot vrijwel eender dachten en handelden als de mensen. De Christelijke wereld is onsamenhangend in dien zin, dat verschillende wetten op verschillend niveau werkzaam zijn — het goddelijke, het menselijke en het dierlijke niveau".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen