GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1948 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 21

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

13 teleologie transcendent maakte en verplaatste naar de wereld der eeuwige ideeën, naar A r i s t o t e 1 e s, die het principe van de doelstreving der levende organism^en in die organismen zelf verplaatste. Hij is' de schepper van de entelechie, datgene wat het doel in zich zelf heeft, het wezen van het levend organisme. De middeleeuwse denker T h o m a s \ ^ a n " A q u i n o heeft dit Aristotelische entelechie-begrip overgenomen in zijn forma substantialis. De Middeleeuwen waren onder invloed van T h o m a s volop teleologisch georiënteerd, en zijn invloed is ook nu nog, en waarlijk niet alleen in Rooms-Katholieke kringen, bijzonder groot. De moderne natuuf-philosoof H a n s D r i e s c h heeft in zijn moeilijk leesbaar boek „Philosophic des Organischen", rechtstreeks teruggegrepen op A r i s t o t e l e s en de entelechie in de moderne biologie opnieuw ingevoerd. Een nieuwere denker, D e s c a r t e s , was een deïst; hij wilde niet alle teleologie in de_natuur ontkennen, maar hij achtte haar ondoorgrondelijk. Immers de natuur was hem als een uurwerk, door God bij de schepping opgewonden, en dat nu krachtens eigen mechanische wetten afliep. Hij verplaatste diis weer de teleologie naar de wereld van het onkenbare en men spreekt daarom van Descartes' ultra-teleologie. Ook S p i n o z a was wars van alle teleologische begrippen. Bij hem ziet men het nadeel van het niet treffen van de noodzakelijke onderscheidingen. Immers hij had van de teleologie alleen het begrip in den zin van uitwendige doelmatigheid, in den zin van de physicotheologie, en daartegen gaat hij fel te keer. Hij kent de teleologie slechts in den anthropocentrischen vorm van wat hij noemt ,,de mythe der theologen", namelijk dat alles in de natuur ingericht is ten bate en ten nutte van den mens en dat de mens geschapen is ter ere Gods. Aangezien zulk een opvatting in zijn pantheïstisch systeem'volstrekt niet paste, noemt hij alle teleologische verklaringen menselijke verzinsels (humana figmenta). Intussen deed ook in de periode van de Verlichting, de Aufklarung, de anthropocentrische teleologie opgeld. Deze optimistische eeuw, die genoot van luchtige muziek, van fijne arabesken en rustieke pastorales, was gaarne bereid te geloven, dat de goede God alles geschapen had ten bate van den mens. En zo kwam men ook in die periode ertoe om het begrip teleologie te overspannen en er te veel teleologische verklaringen op te bouwen. Zodoende geraakte men tot ongerijmdheden in den zin van de verklaring, die in de oudheid een aanhanger van de Stoa gegeven had over de betekenis van het bestaan van de wandluis, namelijk dat deze geschapen was om den mens het lange slapen te beletten; of in den zin van de verklaring, die de Franse Abt B e r n a r d i n de S a i n t P i e r r e gaf van den vorm van de meloen, namelijk dat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1948

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 162 Pagina's

1948 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 21

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1948

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 162 Pagina's