GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1951 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 98

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

86

RONDBLIK

voor mezelf. Ook psychologisch valt het mij moeilijk tegen iemand iets te ondernemen of te zeggen, waar hij pijn van heeft." Het natuurlijk temperament speelt een grote rol. De een praat veel, de ander weinig. Er is geen algemene regel te geven. Wij kunnen door te veel zeggen pijn doen, maar ook door te weinig. Men kan derhalve met menselijke middelen alleen niet uitkomen. Men behoeft hier een hemels licht. Daarom moet men zich eigenlijk iedere minuut van zijn artsenbestaan van God afhankelijk weten. Bij al de genoemde vragen geldt: „De la mésure avant toute chose et jamais sans une examen profonde de notre ame". Het probleem leven—^zonde—dood werd van theologische zijde besproken door Pastor Spouri uit Zwitserland en door Abbé Rambeaud uit Frankrijk. Pastor Spouri begon zijn referaat met de teksten: Het leven is voor mij Christus (Paulus) en God heeft Christus, die zonder zonde was, tot zonde gemaakt, en voor mij is het sterven (de dood) gewin. Als Paulus dit zegt, heeft hij als het ware de dood gepensionneerd. Naar aanleiding van het verhaal uit Marcus 5 toonde spreker aan, dat het leven is een wonderdaad van God. En dit wonder wordt alleen maar voor het geloof zichtbaar. Zo is dit leven „etwas kostbares aber auch etwas hinfalliges, etwas zerbrechliches, etwas zartes". Het leven is, zegt Karl Barth: „ein etwas am Rande des Nichts. Aber gerade so ist es Genade bedürftig". Zoals Jezus terstond zegt, dat men het dochtertje van Jairus te eten moet geven, zo is het de vreugde van de arts iets aan het leven — dat verkregen is — te doen. Dat leven te verzorgen, te bewaren. Belangrijk is, dat niemand met zijn leven alleen is. Er is geen ander leven dan het leven in gemeenschap. Zo is de arts, broeder van de zieke. Hij mag niet zijn een dictator over leven en dood. Een verloskundige kliniek is een noodzakelijk kwaad, maar men bedenke, dat het juiste „mit einander" hier vaak in het gedrang komt. Het leven is niet iets statisch, het is beweging naar de Vader toe. ,,Das Höhere Leben und das biologische Leben" gaan naar één doel. Het geschapen zijn tot een leven en het gaan tot de Vader hangt met elkaar samen. Immanent en transcendent hangen tezamen in Schepping en Verlossing. Over de verhouding zonde en (ziekte merkte de spreker op, dat de arts altijd weer heeft te vergeven; dat hij nooit veroordelend mag staan. In de Corinther-brief staat iets over ,,vele zwakken die onder u zijn, daarom: Die zieken en zwakken zijn er, opdat de gemeente tot God kome!" Zo wordt uit de Schrift duidelijk, dat het de taak van de arts kan zijn, de patiënt waarlijk vrij tegenover hem zijn schuld te doen belijden. Wat de dood betreft: de dood kan men haten! (Joh. 11 : 33). Waar ook Christus biologisch gezien angst voor de dood had, hoe zouden wij dan naar onze biologische verschijning niet bang zijn. Maar „Wir leben und sterben dem Herrn" en daarom moet de dokter vrij tegenover de zieke kunnen spreken over de dood.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 224 Pagina's

1951 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 98

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 224 Pagina's