GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1951 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 126

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

110

Dr W. J. A. SCHOUTEN

^wereldbeschouwing naar de opvattingen die men in de Middeleeuwen en in de 16de eeuw daarover had. In de 17de eeuw moest de eerste cosmologie plaats maken voor een ander systeem. Zij had gefaald bij de verklaring van de planetenbeweging. Aan de tweede cosmologie zijn de namen van Copernicus, Galileï, Keppler, Newton en Laplace verbonden. Ongeveer drie eeuwen was zij souverein. In die tijd zijn de bewegingen van de planeten in het zonnestelsel minutieus onderzocht. Nieuwe uitzichten werden geopend, toen men er omstreeks 1840 in slaagde de afstanden van enige sterren te bepalen. In het begin van de twintigste eeuw verwierf men bovendien een juist inzicht in de afmetingen van het Melkwegstelsel. Met het Christelijk geloof en de Christelijke wereldbeschouwing heeft de tweede cosmologie altijd op een min of meer gespannen voet gestaan. In het tweede kwart van onze eeuw moest ook deze cosmologie het veld ruimen voor een nieuwe wereldtheorie 2). Men kan verscheidene factoren aanwijzen die het concipiëren van de derde cosmologie hebben mogelijk gemaakt en bevorderd. Daar is in de eerste plaats de overvloed van nieuwe en zeer nauwkeurige waarnemingen die de Amerikaanse sterrenwachten leverden. Met name de ontdekking dat spiraalnevels vèr-verwijderde sterrenstelsels zijn, leidde tot een geheel nieuwe visie op de structuur van het heelal. De verst verwijderde spiraalnevel die we met onze grootste telescoop kunnen waarnemen, bevindt zich op een afstand van 1 milliard lichtjaar van ons Melkwegstelsel. Binnen een bol met deze straal komen 100 millioen sterrenstelsels voor. Hun onderlinge afstanden zijn van de orde van grootte van een millioen lichtjaren. Een tweede belangrijke bijdrage voor de herziening van het astronomisch wereldbeeld leverde de ontdekking van de z.g. roodverschuiving van de spectraallijnen in de nevelspectra. In verband met het principe van Doppler kan deze verschuiving naar de kant van het rood niet anders worden verklaard dan door een beweging van de spiraalnevels van ons af. De snelheid van deze beweging bleek des te groter te zijn naarmate de nevel verder van ons verwijderd is. Bij een sterrenstelsel op een afstand van 32 millioen lichtjaren is deze verwijderingssnelheid 5500 km/sec. In 1935 vond Humason een nevel op een afstand van meer dan 200 millioen licht^) W, J. A. Schouten, De derde cosmologie, Orgaan van de Chr, Ver. van Natuur- en Geneeskundigen, 1942, bladz. 48—72.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 224 Pagina's

1951 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 126

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1951

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 224 Pagina's