1951 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 135

EEN KWARTEEUW COSMOLOGIE

119

De theorie van de tunnelvorming geeft ook een aannemelijke verklaring voor het ontstaan van dubbelsterren. Dit is van betekenis, M^ant er zijn ongeveer evenveel dubbelsterren als enkelvoudige sterren. Een belangrijke vraag is, hoeveel tijd er voor de vorming van een ster nodig is. De astrophysici vatten dit probleem aan doot rekening te houden met de kernprocessen die in een ster waterstof in helium omzetten. Bij hun becijferingen is gebleken, dat b.v. bij een ster als de zon de waterstofvoorraad die zij aan het begin had, voldoende is om haar een levensduur van 50 milliard jaar te gar randeren. Daar nog een zeer groot deel van de beginvoorraad aanwezig is, ligt de conclusie voor de hand, dat de zon niet zo heel oud kan zijn. Voor een groot aantal sterren hebben de astrophysici dergelijke berekeningen uitgevoerd. Bij geen enkele werd een hogere ouderdom dan 4 milliard jaar gevonden. We hebben gezien, dat de zon 200.000.000 jaar nodig heeft om een omwenteling met het Melkwegstelsel te volbrengen. Uit de nu gevonden maximale ouderdom van Melkwegsterren volgt, dat de zon, ook als zij tot de oudste sterren van de Melkweg zou behoren, toch nog maar 20 omlopen kan hebben voltooid. Hieruit volgt, dat de Melkweg nog in zijn eerste jeugd is. Daarmede zal zeker verband houden, dat er in dit sterrenstelsel nog geen rustige, stationnaire toestand is ontstaan. Er is daar integendeel een heftige en voortdurende activiteit. De geophysici hebben, voornamelijk met behulp van uraniumen radiummethoden de ouderdom van de aardkorst bepaald. Hun uitkomsten liggen tussen 2 en 3,5 milliard jaar. Daaruit volgt, dat de aarde en de andere planeten van de zon wel jonger zijn dan de Melkweg, maar dat het verschil in leeftijd toch niet zo heel groot is. De astrophysici zijn zeer stellig in het poneren van hun mening, dat het Melkwegstelsel een 4 a 5 milliard jaar geleden zijn levensloop begon. De zon is daarna, op dezelfde manier als de andere sterren, uit het oergas ontstaan. Ook voor het ontstaan van de planeten wordt een verklaring gegeven. Vroeger heeft men wel gemeend, dat de planeten uit de zon zouden zijn ontstaan. Men kan dan echter niet verklaren, dat de hoofdmassa van het planetenstelsel zich op een zo grote afstand van de zon bevindt. Hoe groot deze afstand is, blijkt het duidelijkst uit een model. Als we de zon door een grote sinaasappel

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen