1957 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 196
HET DYNAMISCHE ELEMENT IN DE ZOOGEOGRAPHIE
159
onderzijde. Zij worden in de regel als twee soorten van het overigens aan soorten rijke geslacht Emberiza opgevat. In westelijk Siberië, waar de verspreidingsgebieden elkaar overlappen, heeft men evenwel een nog onbekende mate van bastaardering van deze uitwendig gemakkelijk onderscheidbare vormen vastgesteld. Het gevolg is, dat in dit gebied de individuele variatie zeer groot is (fig. 5). In het uiterste Westen van Siberië komen overwegend geelgorzen voor; witkopgorzen zijn uitermate zeldzaam en het aantal morphologische tussenvormen is naar verhouding gering en vertonen de meeste overeenkomst met de geelgors. In het uiterste Oosten van het gebied van overlap zijn de verhoudingen precies omgekeerd. Er is een tussenliggende zone, waar de beide vormen in gelijke frequentie voorkomen. Het aantal tussenvormen, dat in dit gebied voorkomt, schijnt evenwel niet zó groot te zijn, dat een totale menging van de geelgors- en witkopgors-populaties kan worden verondersteld. Niettemin zijn de aanvankelijk voor soortonderscheiding gebmikte morphologische verschilkenmerken van deze twee gorzen niet doorslaggevend als criterium voor soortonderscheiding. De meeste onderzoekers blijven de geelgors en de witkopgors als twee soorten beschouwen. Slechts enkelen hebben de consequentie
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1957
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 349 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1957
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 349 Pagina's