GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 127

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

VOLKSGEZONDHEIDSPROBLEMEN IN THAILAND

99

milt-index bij de grotere kinderen afgenomen is tot minder dan 10 % en dat er in de buurt van de huizen geen besmette anophelinen meer worden gevangen. Het is dus noodzakelijk om hierop blijvend toezicht te houden, aangezien de anophelinen natuurlijk in hun oorspronkelijke omgeving, de rijstvelden en de vochtige bossen, nog in onverminderde getale voorkomen. Na de sprayingscampagne moet dus volgen een waakzaamheidsperiode, een „vigilance programme". Zulk een „vigilance programme" is op het ogenblik al uitgestrekt tot 4^]/^ miljoen mensen, terwijl er nog eens 7 a 8 miljoen beschermd worden door spraying van de huizen. Mocht het blijken, dat bij kinderen onder het jaar weer parasielen worden waargenomen, óf dat de milt-index bij het wat grotere kind stijgt tot boven de 10 %, óf dat besmette anophelinen in de omgeving van de huizen worden gevangen, dan is het nodig om opnieuw een „spraying programme" te lanceren. In het laatste jaar, dat daarover gegevens bekend zijn, nl. 1956, stierven er officieel nog 6 a 7 duizend mensen aan malaria. Toch is het effect van de anti-malaria-campagne nog veel groter geweest, dan men uit de simpele reductie van het sterftecijfer van 35000 tot 7000 zou vermoeden. Het is nl. zó, dat op het ogenblik in de beschermde gebieden malaria alleen nog wordt waargenomen bij de mannen die de bossen intrekken om hout te kappen, bij militairen die op manoeuvre zijn, en dergelijke. De vrouwen en kinderen, die dus thuis blijven, zijn practisch al geheel en al beschermd. Bij een uitgebreid onderzoek naar de gezondheidstoestand van kinderen beneden de 4 jaar vonden wij dan ook in de beschermde gebieden geen malaria meer, d.w.z. klinisch niet. Het is evenwel uiterst onwaarschijnlijk, dat een kind dat in een goede algemene toestand verkeert en geen miltvergroting heeft en bij wie bij navraag de typische symptomen zich ook nimmer hebben gemanifesteerd, malaria zou hebben. Toch lijkt het, dat men, teneinde zich helemaal te vrijwaren, beter doet met nóg een schakel in de keten van de malaria-overbrenging te onderbreken, nl. die van de gametocytendragers. Het is bij onderzoekingen elders, bijv. in Colombia, gebleken, dat het mogelijk is om de mens als gametocytendrager uit te schakelen, door hem te behandelen met een zeer kleine hoeveelheid daraprim dagelijks; dit wordt in die gebieden door het keukenzout gemengd. Op grond van wat ik verteld heb over de krop, zal keukenzout niet het ideale middel wezen om te dienen als vehikel voor een eventuele chemo-prophylaxe, maar niettemin denkt men in deze richting, om te trachten de malaria in Thailand uit te roeien. Daar komt nog een

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's

1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 127

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's