GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 32

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

20

A. C. DROGENDIJK

te illustreren, dat men onder de existentie-filosofen zowel volstrekte godloochenaars als gelovigen aantreft, zowel humanisten als RoomsKatholieken. Atheïstische existentialisten zijn b.v. Heidegger, Sartre, Merleau-Ponty en Wahl; als christen-existentie-filosofen staan te boek Kierkegaard, Marcel (R.K.), Lavelle, Loen en Van Peursen, terwijl Jaspers en Bultman als idealistische existentialisten kunnen gekarakteriseerd worden. Een tweede moeilijkheid is hierin gelegen, dat voor de ongeschoolden op filosofisch terrein de geschriften der existentialisten moeilijk te lezen zijn. Men is derhalve aangewezen op wat deze en gene in min of meer populaire trant er over geschreven hebben. Gedeeltelijk wordt dit vergoed doordat datgene, wat op dit gebied verschenen is, uitmunt door helderheid en volledigheid. Een derde moeilijkheid betreft het volgende. Het existentialisme is geen gesloten systeem, omdat men dit absoluut niet wil. Alle existentiefilosofen keren zich tegen de overwoekering van de orde der ideeën, tegen systematisering van de ons omringende wereld, tegen inkapseling van het leven in een begrippenstructuur, omdat, aldus redeneren zij, systematiek een vervorming van de werkelijkheid betekent, omdat ieder systeem gaat ten koste van de waarheid. Het is zonder meer duidelijk, dat hierdoor het existentialisme moeilijk te verstaan en logisch te bevatten valt; de zaak wordt min of meer zwevend. Alvorens in te gaan op het woord existentie, waaraan het existentialisme zijn naam ontleent, dient eerst iets gezegd te worden over de voorlopers van deze filosofie, alsmede over de niet-wijsgerige achtergrond van deze nieuwe wijsbegeerte. Als voorlopers, als wegbereiders van de existentie-filosofie dienen dan genoemd te worden: K i e r k e g a a r d , S c h o p e n h a u e r en N i e t z s c h e . Over alle drie denkers een kort woord. S ö r e n K i e r k e g a a r d (1813—1855), Deen van geboorte, zeer gefortuneerd, van nature een sombere tot melancholie neigende man, was een excentrieke persoonlijkheid, hetgeen o.a. blijkt uit de verknochtheid aan zijn paraplu. Hij had een radicale opvatting van het Christendom en een daarmee gepaard gaande afkeer van de Staatskerk. Hij brak met de traditionele dogmatiek, wilde van geen rationele apologethiek weten en bond daarom de strijd aan tegen de systematische wijsbegeerte en theologie. In die strijd, in die worsteling om waarheid en geloof, zocht hij echter geen synthese, maar de paradox; geen harmonie, maar de levenswerkelijkheid der tegenstellingen. Niet het rationele, maar juist het irrationele bekoorde hem. Hij was namelijk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's

1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 32

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's