1960 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 198

158

M. ZEEGERS

In die opvattingen vormt de homosexueel een soort tussenvorm tussen man en vrouw. Tolsma heeft deze theorieën destijds uitvoerig besproken en ook duidelijk weerlegd. Nu is er op biologisch terrein juist de laatste jaren veel interessants mee te delen op het gebied van de geslachtsbepaling. Daarom wil ik op dit punt hier wat nader ingaan. In wat nu volgt refereer ik allereerst een overzicht van Stern, terwijl ik ook enige gegevens ontleen aan artikelen in Het Hormoon. De wijngaardslak is een hermafrodiet. In de geslachtsklieren (genaden) van dit dier liggen eicellen en mannelijke zaadcellen. Beide soorten ontwikkelen zich uit een primordiale cel. Alle cellen, mannelijke en vrouwelijke, zijn genetisch gelijk. Zij differentiëren zich onder invloed van de omgeving, evenals sommige cellen huidcellen worden en andere cellen zenuwcel, in de embryologische ontwikkeling. Bij de aardworm, ook een hermafrodiet, is het iets anders. Ook hier zijn de cellen genetisch gelijk. Wel vormen zich aparte vrouwelijke en mannelijke gonaden in één dier, evenals er zich verschillende organen differentiëren in het embryo. De Bonellia is een borstelworm, die in zee leeft. De wijfjes zijn ongeveer 8 cm. groot, de mannetjes slechts ongeveer een millimeter. Toch is er tussen die twee geen genetisch verschil. Als er een volwassen wijfje in de buurt is, ontwikkelen de larven zich tot mannetjes, maar uit dezelfde larve kan een vrouwtje ontstaan, als er geen volwassen wijfje in de omgeving is. Bij de aardworm, bij de wijngaardslak en bij de Bonellia wordt dus de sexuele differentiatie door de omgeving bepaald. Deze is niet in de genetische factoren, niet in de aanleg, vastgelegd. Hetzelfde geldt voor veel dieren en planten. Bij andere organismen is er wel genetisch verschil, d.w.z. is er een verschil in de structuur van de celkern, namelijk in de chromosomen. De bevruchte eicel is dan of mannelijk of vrouwelijk, hetgeen van de chromosomen in de celkern afhangt. Alle cellen van het individu, dat zich uit die eicel ontwikkelt, hebben dezelfde chromosomenstructuur, dus alle cellen van het volwassen lichaam zijn bij de man mannelijk, bij de vrouw vrouwelijk. Om ons nu tot de mens te beperken, hier vinden we 46 chromosomen in de celkern, gerangschikt in 23 paren. Een van die paren toont kenmerkende verschillen tussen het vrouwelijk en het mannelijk geslacht. Bij de vrouw bestaat dat paar uit twee gelijke chromosomen, bij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen