1960 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 159

en THEOLOGIE EN NATUURWETENSCHAP (n.a.v. de conferentie over Geloof en Natuurwetenschap in december 1959) Door de door mij zeer gewaardeerde toezending van een overdruk van „Geloof en Wetenschap" heb ik kennis kunnen nemen van het verslag der conferentie „Geloof en Natuurwetenschap", gehouden in het Eykmanhuis op 11 december 1959. Op bladzijde 42 van dit orgaan constateert dr. Krans zeer terecht dat prof. Woltjer, de heer Hofman en ondergetekende er niet in zijn geslaagd de algemene discussie in de richting van het geloof te ontketenen. Daar ik het bij deze poging niet wil laten, wil ik nog gaarne het een en ander over deze conferentie opmerken. Het heeft mij verwonderd, zo niet onaangenaam getroffen, dat reeds in het prenatale stadium (op het inleidingstencil) tot en met het „in memoriam" van deze conferentie de begrippen geloof en theologie zonder meer maar door elkaar werden gebruikt. Het noodlot wilde ook nog dat ik in genoemde passage zou hebben gesproken over theologie. Bewust heb ik dit woord niet gebruikt. In het referaat van prof. von Weizsacker miste ik een critisch onderzoek naar de relatie tussen geloof en wetenschap. Krachtens het thema der conferentie mocht ik deze wijze van behandeling toch verwachten. Met het zeer teleurstellende doch zeer oprechte antwoord van prof. von Weizsacker stond voor mij vast, dat de conferentie niet aan de door mi] gestelde verwachtingen zou voldoen. Wanneer het probleem geloof en natuurwetenschap achteloos wordt omgevormd tot theologie en natuurtüetenschap (afk. n.w.), wordt het in de zuiver academische sfeer getrokken. Nu ligt het voor de hand dat dit in het geheel niet als een bezwaar wordt gevoeld, integendeel als een voorrecht wordt beschouwd. Immers verondersteld mag worden dat het onderhavige probleem het sterkst wordt beleefd in academische kringen. Ik waag het echter te betwijfelen of dit trekken in de academische sfeer als een voordeel moet worden gezien, want wanneer men dit standpunt inneemt, reduceert men niet alleen de kring van belangstellenden tot een kleine groep (om de eenvoudige reden dat de meeste gelovigen, onder wie zij die de natuurwetenschap beoefenen, geen theologen zijn), maar ook verkrijgt men dan als resultaat niet anders dan een monochromatisch wereldbeeld en wel in de kleur van uitsluitend het verstand. In deze wetenschappelijk verstandelijke sfeer stelde prof. Bohr de theologen voor om theologische problemen, die een overeenkomstige

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen