GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1963 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 128

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

98

P. G. SMELIK

kwaad spreken in de diepe zin van afval van en opstand tegen God. Goed en kwaad zijn dan geen polariteiten zoals licht en donker, man en vrouw, geest en stof, die in feite bijeen behoren en een hogere eenheid vormen, maar absolute tegenstellingen die onverzoenbaar zijn. Het kwaad is ook niet een ontbreken van het goede, of een noodzakelijke keerzijde, of een onvolmaaktheid, maar een tegenkracht, een deformatie, a-nomia. Goed en kwaad gaan niet samen, en hebben elkaar evenmin nodig, als God en Satan, het heilige en het onheilige, recht en onrecht, waarheid en leugen i^). Alle spreken over de Hcht- en schaduwzijde van de schepping, kosmische en chaotische aspecten, over een groei naar de volmaaktheid vanuit de onvolmaaktheid, lijkt me dan ook niet juist. De gedachte dat er enig kwaad (of een kwade kant) inhaerent verbonden is aan de geschapenheid voert dunkt me terug op het griekse vorm-materie schema. We vinden het bv. bij Leibniz, die alle kwaad via het z.g. metafysische kwaad terugbrengt tot de onvolmaaktheid van een wereld, die noodzakelijkerwijs eindig en beperkt moet zijn. Ook Teilhard de Chardin spreekt eigenlijk in deze zin van een 'noodzakelijk kwaad', omdat de wereld op weg is van onvolmaaktheid naar de volmaaktheid. De zonde 'verergert' dit kwaad, maar veroorzaakt het dus niet. Zo wordt de zonde dus opgenomen in het geheel van de opgang door de evolutie naar de voltooiing, de éénwording van God en mens, als één der negatieve factoren die God gebruikt en ten beste keert 15). De Bijbel tekent ons echter niet het beeld van een kosmos, die begint bij een mengsel van goed en kwaad, waarin dan langzamerhand het goede gaat overheersen, maar een goede schepping, geheel beantwoordend aan Zijn wü, die ten prooi valt aan de Satan door menselijke schuld, en uit die neergang alleen verlost kan worden door het plaatsvervangend lijden en sterven van Gods Zoon. Zo staan in de wereldgeschiedenis dus kruis en opstanding van Christus centraal, en ook alleen daar vinden we het antwoord op het schrijnende probleem van het kwaad. SUMMARY On a meeting dedicated to the problem of the presence of evil in God's creation, the author (a biologist) considers the question whether biological facts would force us to accept that 'evil' always must have existed as an obligatory aspect of the living world. He argues that: 1. death (as the termination of individual life) is an inevitable consequence of cellular and structural differentiation, which cannot be considered as being an evil per se;

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1963

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 322 Pagina's

1963 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 128

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1963

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 322 Pagina's