GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1963 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 149

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE GOEDE SCHEPPING

115

de werkelijkheid iets van orde, harmonie en logica laat zien. Iets — want een afdruk in de tijd van het eeuwige onveranderUjke zijn, kan nooit identiek zijn aan dat ware zijn. De wereld is niet God. Bovendien (hier kregen de christelijke theologen him kans) is de zondeval er geweest met haar ontwrichtende gevolgen lo). Maar wie schepping zegt, zegt „versierde" wereld, harmonie, afdruk van de ideale wereld in de tijd. Zo spreekt de theologie van de christelijke kerk vrijwel door alle eeuwen heen (ik laat de nuanceringen buiten beschouwing). Wanneer ervaring en natuurwetenschappen ten lange leste dit harmoniebesef verstoren (zoals we dat vandaag meemaken), moeten we daar niet al te tragisch over doen. Segaar heeft gelijk als hij in Wending opmerkt dat er dan een mythe verstoord wordt, en wel een mythe van platonische origine n ) . We kunnen er hoogstens aan toevoegen dat ook de christelijke theologie lange tijd gemeend heeft daarmee een onomstotelijke (en zelfs bijbelse) waarheid uit te spreken waarmee de Schepper slechts geëerd kon worden. Wanneer we vervolgens de tekst van Gen. 1—3 gaan bezien, laat zich kwalijk volhouden dat de Israëlitische schrijver(s) een dergelijke harmonieuze paradijstoestand bedoelde(n) te tekenen. Wat bescheidener geformuleerd : als dat al zijn bedoeling geweest zou zijn, dan heeft hij ons toch een volmaaktheid met behoorlijke lacunes getekend. Zo blijkt b.v. uit de tekst zelf niets van een paradijs-idylle die zo kerunerkend is geworden voor de plaatjes van de kinderbijbel. Het woord paradijs wordt noch in het eerste scheppingsverhaal (Gen. 1, 1—2, 4a) noch in het tweede (Gen. 2, 4b—25) gebruikt. We komen in Gen 2, 8 slechts het woord hof tegen, in de zin van een afgeschut, beschermd stuk ruimte, een park in de woestijn, of als men wil, een door Jahweh zelf uitgehakt gat in de jungle waarin de mens leven kan. Dus ook niet niets! We mogen van de weeromstuit de hof evenmin bagatelliseren. Maar iets anders dan een leefbare plek in de chaotische ruimte heeft de schrijver er toch niet mee bedoeld. Het kan geen kwaad om in dit verband te herinneren aan het begin van het eerste scheppingsverhaal, waar sprake is van een aarde die „woest en ledig" was, d.w.z. chaotisch en zelfs bedreigend '^'^), terwijl de schepping dan juist weer beschreven wordt als het tevoorschijn-roepen van een door de mens bewoonbare wereld. Ook in Gen. 1 gaat het blijkbaar niet om minder, maar ook niet om meer. Er zijn nog een aantal dingen te noemen. Als we voorlopig nog even in Genesis blijven: een bijzonder merkwaardig woord is Gen. 3, 22 „zie de mens is geworden als Onzer één door de kennis van goed

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1963

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 322 Pagina's

1963 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 149

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1963

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 322 Pagina's