1963 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 69

„RESEARCH EN ETHIEK"

49

De joodse godsdienst, door Dippel hierboven genoemd in één adem met de Griekse cultuur, was reeds vele eeuwen eerder veel wijzer. Het motto boven dit artikel getuigt ervan: „Before you know who you are and where you are going, you must know from where you come". „From where you come". Daar is de oorsprong van de werkelijke normen. Bij de Almachtige Schepper van dit bestaan. Die ons in Zijn Zoon en Zijn Woord de werkelijke normen heeft geopenbaard, Het is een illusie een nieuwe cultuur te verwachten zolang de mens net als Scarlett O'Hara, van nu af aan zijn leven in eigen hand zal nemen, „ . . . . auf eigner Faust". Het is een illusie waarachtige nederigheid en gemeenschapszin te verwachten als kenmerken van een cultuur uit de brond van het humanisme. Als de laatste wereldoorlog er niet was, dan zijn er 20 eeuwen kerk-, wereld- en cultuur-geschiedenis, om ons deze illusie te ontnemen. De moderne wetenschappelijke onderzoeker verkeert in zijn alarmsituatie, als de eigen-wijze Zauberlehrling, die meende de grote tovenaar wel te kunnen vergeten en het zelf af te kunnen. Maar de machten die hij in vele eeuwen geseculariseerde wetenschap heeft opgeroepen, zijn hem boven 't hoofd gegroeid, hebben hem in dienst genomen. En zoals pas het woord van de grote tovenaar uitkomst bracht voor de wanhopige leerling, zo zal ook de mens, en de wetenschappelijke onderzoeker in het bijzonder, zich zelf en de cultuurontwikkeling pas weer in de hand krijgen, als hij zijn kleinheid en afhankelijkheid erkent, en als hij zich weer geschapen weet tot dienstbetoon. Wetenschappelijk, cultureel, sociaal dienstbetoon. Zó kan ook pas een wezenlijke visie op het „ambt" van de wetenschappelijke onderzoeker worden verwacht. Kwant, van Riessen en Voogd leggen alle drie de bestemming van de mens ten grondslag aan hun antwoord op de vraag: „Waarheen?" Kwant weet deze bestemming religieus bepaald: „Zijn leven heeft zin als het zinvol is voor anderen", en werkt dit dan uit op een „voor ieder denkend mens toegankelijk en kenbaar" niveau. Hij beperkt zich tot de strikt wetenschappelijke zijde van het probleem: de verantwoordelijkheid van de wetenschappelijke onderzoeker t.o.v. gebruik en misbruik der wetenschap, zoals uit de samenvatting is gebleken. Van Riessen beperkt zich tot een beklemtonen van de geloofskeuze. Deze bepaalt de achtergrond van verantwoordelijkheid en handeling. Hij betoogt dat samenwerking mogelijk is, hoewel de dóórwerking

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen