GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1964 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 300

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

216

H. BERKHOF

primitieve en het klassieke levensbesef denken zich de natuur en de mensheid als statische grootheden, in de mythische oertijd ontstaan, en nu in een eeuwige kringloop begrepen. Maar in het kleine Israël ontstond krachtens de omgang met de nieuwe God die zich openbaarde, een totaal andere visie op de mensheid. Men leerde haar zien als betrokken in een grote geschiedenis van val en terugbrenging, van schepping en herschepping. Zo werd het mensenbestaan in het geloofsbesef van Israel en de christenheid gehistoriseerd. Deze breuk met het antieke denken hebben we allen meegemaakt. Maar Israël leerde in verband daarmee ook de natuur zien als een stuk historie, als de voorgeschiedenis van Gods heilsgeschiedenis. Let maar eens op hoe in de natuurpsalmen de lof voor Gods zorg jegens de dieren en de lof voor zijn bescherming van Israel hand in hand gaan. Vooral Genesis 1 is op dit punt voor geen misverstand vatbaar. Hier wordt een stuk vóórgeschiedenis van het heil verteld. De natuur is niet statisch, maar dynamisch. Er is een ontwikkeling van onderop, die zich voltrekt in de tijd, van dag tot dag, in een goddelijke scheppingsweek. Aan het slot wordt gezegd (2 : 4) „Dit is de geschiedenis van de hemel en de aarde, toen zij geschapen werden". Geschiedenis, hebr.: toledöth, Buber vertaalt „Zeugungen" — het is hetzelfde woord waarmee verderop in het O.T. de opeenvolging der mensengeslachten wordt aangeduid. Deze visie op het geschiedeniskarakter van de natuur heeft de christenheid merkwaardigerwijze eeuwenlang niet gezien en niet aanvaard. Om de eenvoudige reden dat ze haar natuurconcepties bleef ontlenen aan de Grieken en de Romeinen, speciaal aan Aristoteles en Ptolemaeus. Zo moest ze wel, niet alleen met Galileï, maar straks ook en nog heviger met Darwin in botsing komen. Niet omdat dezen haar bijbels geloof weerspraken, maar omdat ze haar daarmee contrasteerende antieke erfenis afbraken. Deze afbraak was niet tegen te houden. Nu weten we allen dat de natuur het product is van een grootse evolutie, van een eeuwenlange geschiedenis. Maar wat we nog nauwelijks zien, is: dat het moderne evolutionaire denken ons terugverwijst naar het historiserend verstaan van de ganse schepping, dat in de Schrift wordt beleden. Ten derde. Het natuurwetenschappelijk denken herinnert ons aan het bijbelse denken van onder op. Ik wees al op de lijn van lager naar hoger, die Genesis 1 beheerst. De mens wordt niet als een corptis alienum van boven gedropt, hij rijst op uit de lagere creatuur, waar-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1964

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 316 Pagina's

1964 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 300

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1964

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 316 Pagina's