GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1968 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 78

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

54

NATUUR EN MENSBEELD

De eerste vraag roept derhalve een tweede op, namelijk de vraag naar het ware wezen van de mens, naar het ware mensbeeld. Maar als zich in het mensbeeld in de afgelopen eeuwen zoveel veranderd heeft, welke garantie hebben we dan dat het proces niet doorgaat? Aan welk mensbeeld moeten we dan de norm van ons handelen met de natuur ontlenen? Het is waarlijk geen wonder, dat onze tijd een afkeer vertoont van allesomspannende en allespenetrerende denksystemen, en het eerder in een pragmatische houding zoekt. De aandacht gaat uit naar wat de hand te doen vindt, naar wat op kort zicht praktische resultaten oplevert. Wat nu de eerste vraag betreft, blijkt bij enig nadenken dat het, niettegenstaande de verschuiving in het natuurbeeld, toch niet aangaat de natuur als gevormde natuur geheel buiten spel te zetten. Want dezelfde ontwikkeling der natviurwetenschap, die de mens meer in het middelpunt plaatst, maakt ons eveneens duidelijk hoezeer ook de mens zelf gevormde natuur is. In zekere zin geldt zelfs, dat in de mens de natuur haar (in elk geval tot nu toe) hoogste mogelijkheden ontplooit en wel door een natuurwezen voort te brengen, dat zichzelf bewust is, de natuur kan kennen en vrij bespelen ter verdere ontplooiing van zichzelf. Tot op grote hoogte is het daarbij ook niet van belang hoe men precies dit voorkomen van de mens in de natuur ziet, in een evolutieproces al dan niet toevallig voortgebracht of in de evoluerende schepping geplaatst; van belang is in elk geval dat, ook als in het evolutieproces het toeval een grote rol gespeeld heeft, de natuur toch haar mogelijkheden daarin uitgeselecteerd heeft. Ook al beschouwt men de natuur, waaronder begrepen de menselijke lichamelijkheid, niet als heilig, dan nog vraagt de prudentie grote eerbied voor de natuurverhoudingen, zoals ze gegroeid zijn, en in het bijzonder grote eerbied voor de bio-psychische natuur van de mens. Niet omdat het natuurlijke als zodanig ethische norm is, maar omdat de menselijke zelfverwerkelijking niet anders kan geschieden dan door verdere ontplooiing van het natuurwezen, dat de mens is. Dit klemt temeer, omdat we eigenlijk nog zo weinig afweten van de wijze, waarop de biologische natuur van de mens het mens-zijn mogelijk maakt. Zoals de eerste van de aangesneden vragen de tweede opriep, zo verwijst ook het antwoord op de eerste vraag naar een mogelijk antwoord op de tweede. Om te weten wat de werkelijke waarde van het natuurlijke in en om de mens is, moeten we meer weten van de mens. De moeilijkheid is nu dat, om te weten wie of wat de mens is, we eigenlijk kennis zouden moeten hebben van de vele mogelijke wijzen,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1968

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 314 Pagina's

1968 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 78

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1968

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 314 Pagina's