1968 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 163

WAT VERWACHT DE PATIENT VAN DE ARTS?*) DOOR

A. C. D R O G E N D I J K Daar ligt de homo aeger, de zieke mens - wie zal hem helpen? „The first cry of pain through the primitive jungle was the first call for a physician", zegt de Amerikaanse historicus V i c t o r R o b i n s o n . Maar het heeft wel even geduurd voor die arts er was. In den beginne was degene die een zieke terzijde stond een familielid, een goedwillende buur of iemand die volgens de omgeving op grond van empirische kennis verstand had van ziekte. Naast deze volksgeneeskunst treft men al spoedig aan de magische geneeskunst, door bespreken, bezweren, door amuletten en talismannen, bij monde van de medicijnman, de tovenaar of de priester-arts. In het grijze verleden namelijk waren arts en zielzorger één en dezelfde persoon. Op deze wijze werd de volksgeneeskunst in het begin der mensheid opgevolgd door de priestergeneeskunst der oude beschavingsvolken, waaruit in de loop der tijden door de meer en meer toenemende wetenschappelijke ontwikkeling der geneeskundigen, zich de beroepsgeneeskunst ontwikkelde, zij het aanvankelijk vrijwel uitsluitend curatief van aard. Wanneer een patiënt een geneesheer consulteert, c.q. door een arts aan huis wordt bezocht, dan koestert hij ten aanzien van dat kontakt bepaalde verwachtingen. Die verwachtingen hebben uiteraard in de eerste plaats betrekking op de medische hulp, op het advies van de dokter, op de geneeskundige voorschi-iften, alles strekkend tot zijn genezing. Zij hebben echter ook betrekking op de handelingen die met deze hulp in verband staan. Ten opzichte van dit laatste is er veel veranderd. Verwachtte de patiënt vroeger alleen dat de arts zijn pols zou voelen, zijn tong zou bekijken, het zieke lichaamsdeel zou betasten en de urine zou onderzoeken (al was het maar door er een blik op te werpen), thans verwacht de patiënt in dit opzicht veel meer van de geneesheer en wel dat hij hem zal bekloppen en beluisteren, de bloeddruk zal opnemen, zijn bloed zal nazien, de urine aan een uitvoerig onderzoek zal onder* Naar een voordracht 26 april 1968 gehouden op de jaarlijkse conferentie van de Christelijke Vereniging van Natuur-en Geneeskundigen in Nederland te Amsterdam.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen