1970 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 174

138

DE NATUURKUNDIGE IN DE SAMENLEVING

naast zal op de gewone vakcolleges bij het behandelen van geschikte onderwerpen op een natuurlijke manier van tijd tot tijd een ethisch of maatschappelijk probleem aan de orde worden gesteld. Dit is trouwens tot nu toe ook steeds het geval geweest. Aan het eind van de eerste periode kan men de student die daarvoor belangstelling heeft gekregen een probleem laten oplossen dat verband houdt met het werk van het futiu-ologisch instituut. De opdracht kan bestaan uit het narekenen van een bepaald artikel, het doen van een literatuuronderzoek of het herhalen van een berekening met gewijzigde begincondities. Het onderzoek hoeft niet diep te gaan en hoeft evenmin van groot belang te zijn voor het futurologisch instituut. De bedoeling moet alleen zijn de student de gelegenheid te geven zijn vakbekwaamheid te tonen. De keuze van het onderwerp dient er toe de student te betrekken bij toekomstgericht denken. Bij voorkeur zal het onderzoek deel moeten uitmaken van een projectgroepje, waarin ook studenten uit andere vakgebieden participeren. In de tweede periode kan de nu gevorderde onderzoeker incidenteel bij futurologisch werk betrokken worden, maar in het algemeen zal zijn belangstelling op andere manier blijvend moeten worden geboeid, bijv. door het houden van lezingen georganiseerd vanwege het futurologisch instituut. Dit instituut zal tenslotte op de vaste staf van de research-laboratoria een beroep moeten kunnen doen als het gaat om het oplossen van typisch vakwetenschappelijke problemen of om het geven van advies. Dat laatste kan ook bestaan uit het critisch bekijken van de vakwetenschappelijke aspecten van futurologisch werk. De lezer zal het met mij eens zijn, dat het onderwijs in het algemeen en daarmee ook het universitair onderwijs een aantal vormende aspecten dient te hebben'"'): — men moet leren samen te werken met vakgenoten en anderen; — men moet leren kritisch te denken over vakwetenschappelijke problemen, maar ook over samenlevingsproblemen; — men moet Ieren vragen te stellen over een veelheid van onderwerpen; — men moet leren verantwoordelijkheid te dragen; — men moet leren te veranderen en gevoelig te worden voor veranderingen die zich voltrekken ' ' ) . Tot 10 a 20 jaar geleden waren in het universitaire systeem een aantal van deze vormende elementen ingebouwd. Het aantal stu-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen