GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1970 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 146

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

114

ABORTUS PROVOCATUS, TUSSENTIJDSE BALANS

eerste te beginnen, de commissie betwijfelt of het abortusvraagstuk wel een medisch probleem is. Volgens de auteurs zijn controversen tussen de vrouw en de arts als regel te herleiden tot een divergentie in de emotionele waardering van de zwangerschap. De medicus is krachtens zijn opleiding geconditioneerd op het behouden van het leven en meestal werd hij geschoold met een nogal materialistisch gezondheids- en ziektebegrip. Lange tijd kwam hij hiermee redelijk uit en waren er weinig problemen. Toegenomen mogelijkheden met betrekking tot de „medische macht en medische kennis" (Van den Berg) en veranderingen in het beeld van de mens en de samenleving nodigen echter tot een heroriëntatie, waarbij ook de arts de invloed ondergaat van de maatschappij waarin hij verkeert. Er ontwikkelt zich een verschuiving in de (medische) ethiek. Op dit moment staan de zaken zo, dat er van een eensluidende opvatting over de waarde van het ontkiemd leven geen sprake is. Mag de arts in deze situatie zijn persoonlijke — al dan niet conformistische of traditionele — nonnen dan opdringen aan de vrouw? Daar komt nog bij dat de beschouwingen over de psychosociale indicaties in een concreet geval vaak speculatief zijn. De psychiater heeft soms het gevoel dat hij persoonlijke waardeoordelen met argumenten uit zijn discipline moet bekrachtigen teneinde aldus aan de beslissing over de provocatie abortus de schijn van wetenschappelijke objectiviteit te verlenen. Dat geldt intussen even goed voor de indicaties als voor de contraindicaties. Wie dit niet onderkent loopt het risico zichzelf te misleiden. Zo kan — om een voorbeeld te noemen — een afwijzende houding worden bepaald door een onuitgesproken en niet expliciet gerealiseerde verontrusting en onzekerheid ten aanzien van de veranderende moraal in een chaotische tijd („het hek is van de dam"). Deze verontrusting — die overigens niet beperkt is gebleven tot het abortusvraagstuk — kan men op diverse niet-constructieve manieren trachten de baas te worden: door ontkenning van het probleem, of door de consolidering van een traditionele en conservatieve attitude, veelal opgesierd en verstevigd met rationalisaties en justificaties van twijfelachtig allooi. Ook kan men trachten de discussie over het probleem te „verschuiven" naar een ander terrein, in de hoop dat men daar voldoende solide argumenten aantreft om zijn visie tegenover zichzelf en tegenover anderen te rechtvaardigen. Op deze wijze kan geprobeerd worden om een standpunt „er door te drukken". Soms speelt een aan jaloezie grenzende ergernis heimelijk een rol: het wordt de mens tegenwoord maar gemakkelijk gemaakt. Zo loopt men het gevaar dat de besluitvorming over indicaties en

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1970

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 306 Pagina's

1970 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 146

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1970

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 306 Pagina's