De Vrije Universiteit - haar ontstaan en haar bestaan 1880-1930 - pagina 220
Ter gelegenheid van har halve-eeuwfeest, in opdracht van heeren directeuren der Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag, historisch geschetst door J.C. Rullmann
DE BETEEKENIS DER UNIVERSITEIT
baar. Het was Calvijn, die dit heilig beginsel het eerst
mocht grijpen; hij, die naast de theologie een christelijke
wijsbegeerte inriep tegenover de wijsheid dezer wereld, de
beginselen aangaf voor een eigen rechts- en staatsleer van
overwegend democratisch karakter, den grondslag legde
voor een christelijke economie, een christelijke gezondheids-
leer en een christelijke natuurkunde. Calvijn zelf heeft dan
ook te Geneve geen kerkelijk seminarie, maar een univer-
siteit gesticht. Professor H. H. Kuyper, minnaar der his-
toriën, heeft op de Jaarvergadering van 1914 aangetoond,
hoe heel de historie van ons Calvinisme getuigt, dat onze
vaderen nooit met een kerkelijke kweekschool zijn tevreden
geweest. Overal waar ze dit konden, in Zwitserland, in
Duitschland, in Nederland, in Schotland, hebben ze Gere-
formeerde Universiteiten gesticht. ,,Ga mee naar Genèvc en
zie, hoe Calvijn, na eindelijk de overwinning op de Liber-
tijnen behaald te hebben, de kroon op zijn levensarbeid zet,
door een School te stichten, die van meetaf bedoeld is een
Universiteit te worden. Indien iemand voor de rechten der
Kerk gestreden heeft en voor haar zelfstandigheid in de bres
gesprongen is, dan is het Calvijn geweest. En toch denkt
Calvijn er geen oogenblik aan een Seminarie of Theologische
School door de Kerk te laten stichten; hij vraagt aan de
Overheid de stichting van een Gereformeerde Universiteit.
En zie hoe hij, door koortsen ondermijnd, en reeds aange-
tast door de krankheid, die hem enkele jaren later ten grave
zal doen dalen, voor deze Universiteit geijverd heeft. Hij
voert uit naam der Overheid de correspondentie met de
beroemdste geleerden, om ze voor zijn School als hoog-
leeraar te winnen; waar er geldgebrek in 's Lands schatkist
is, gaat hij van huis tot huis om een gave voor zijn School
te vragen, en hij klopt aan niet alleen bij zijn rijken vriend
Caraccioli, maar evenzeer bij de arme koekebakster op den
hoek, die ook heur penningske offert; hij laat zich telkens
dragen naar het terrein, waar het gebouw van de Akademie
204
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1930
Publicaties VU-geschiedenis | 244 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1930
Publicaties VU-geschiedenis | 244 Pagina's