De Vrije Universiteit in oorlogstijd - pagina 76
^mm
66 DE V.U. I N OORLOGSTIJD
Ik weet zeker dat ik niet volledig geweest ben. Genoeg om aan
te toonen, hoe veelzijdig deze rijkbegaafde man was. Meer dan
genoeg om aan te toonen, dat door het verlies van zulk een man
onze Universiteit opeens veel armer geworden is. Nog veel sterker
wordt dit gevoel, als men nadenkt over de gaafheid van Rutgers'
karakter en over de groote gaven van zijn Schepper ontvangen,
die hem tot al dit werk in staat stelden.
Hij had een critischen geest. Zijn kracht lag in de critiek. Daarin
was hij groot. En nu het mooie, gave in hem: hij trachtte steeds
te bouwen door die critiek en hij wilde niet afbreken. Hij kon
vlijmscherp zijn, maar meestal was hij mild; omdat hij ook critiek
oefende op zijn eigen critiek en steeds, vóór hij veroordeelde, zocht
naar verzachtende omstandigheden.
Een andere gave, die hij van zijn Schepper medegekregen had, was
zijn veelzijdigheid. Hij was een goed Romanist; daarvan getuigt
zijn redevoering over: „De invloed van het Christendom op het
Romeinsche recht", gehouden ter gelegenheid van de 60ste her-
denking van de stichting der Vrije Universiteit op 21 October 1940.
Hij was een goed strafrechtkenner. Op de vergadering van de
Nederlandsche Juristenvereeniging, in 1941 te Amsterdam gehou-
den, werd over het onderwerp: „Behoeft de regeling van den
samenloop, bezien in het licht van de huidige rechtspraak van den
Hoogen Raad wijziging?", ingeleid door Mr G. E. Langemeijer en
Mevrouw Prof. Mr D. Hazewinkel-Suringa, door alle hoogleeraren
in het strafrecht in Nederland het woord gevoerd; omnium con-
sensu overtrof de redevoering van Rutgers die van alle collega's
in scherpzinnigheid en raakheid.
In de politiek heeft Rutgers, als kamerlid, als Minister en in zijn
andere functies uitnemend gewerkt; in dezen oorlogstijd was hij
voor geheel Nederland op dit gebied een vraagbaak.
Hij was een goed theoloog; in zijn artikel over „Christendom en
Politiek", gaf hij er blijk van, de kern van de leer van Barth
doorgrond te hebben.
Staaltjes van zijn literairen aanleg heb ik U reeds genoemd.
Rutgers was oprecht. Nooit liet hij zich vinden voor een kliekjes-
geest. Geroddel verfoeide hij.
Rutgers was een trouw man. Zijn vriendschap voor Ds Ferwerda,
den oudere, voor Ds Sietsma, den jongere, beiden ons ontnomen,
was van de hoogste allure. En toen hem op een vergadering voor
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1946
Publicaties VU-geschiedenis | 200 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1946
Publicaties VU-geschiedenis | 200 Pagina's