Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 143
totaal 13) Dat was, hoewel m het kader van de juist gestarte TVC operatie uiterst
ongelukkig, onderwijskundig van enig voordeel Potentiƫle tekortkomingen m het
m veel opzichten nog experimentele propedeutische onderwijsprogramma konden
gezien het beperkte aantal studenten relatief gemakkelijk worden opgevangen In
oktober 1982 wordt ook de opzet van de examencommissies aan de nieuwe situa-
tie aangepast Er komt een commissie voor het propedeutisch examen Daarnaast
worden afzonderlijke examencommissies ingesteld voor de doctorale examens
geologie en fysische geografie Deze laatste commissies nemen ook de afwikkeling
van de examens van de oude stijl opleidingen voor hun rekening
Door de uitkomsten van de TVC operatie komt de opzet van de nieuwe I e fase
opleiding al spoedig opnieuw ter discussie te staan (zie ook hoofdstuk 3) In de
loop van 1984 werd in het kader van de overkomst van de geologie van de UvA
overeenstemming bereikt over een gewijzigde opzet van de geologische basis-
opleiding (propedeuse en 2e jaars programma) Daaruit vloeiden, zoals eerder
beschreven, m verband met het vasthouden aan een gemeenschappelijke prope
deuse geologie-fysische geografie, ook aanpassingen voort in het curriculum voor
de fysische geografie Voor wat betreft de programma's voor het 3e en het 4e
studiejaar ontstond er binnen de subfaculteit weinig discussie Die programma's
moesten weliswaar, op voordracht van de onderwijscommissie, door de subfacul
teitsraad worden goedgekeurd, maar de feitelijke vormgeving en invulling ervan
lag grotendeels bij de vakgroepen, die daarin een grote mate van vrijheid werd
gelaten Gedurende het grootste deel van de jaren '80 moest de subfaculteit tege-
lijkertijd uitvoering geven aan zowel het oude als het nieuwe stijl programma In
september 1981 was het laatste cohort oude stijl studenten met de studie aan
gevangen de eersten van hen zouden naar verwachting in de loop van 1987 het
doctoraaldiploma behalen De eerste nieuwe stijl studenten zouden vanaf het
najaar van 1986 reeds kunnen afstuderen Getracht werd het oude en nieuwe stijl
onderwijs zoveel mogelijk te synchroniseren In de praktijk was dat op grond van
roostertechnische en inhoudelijke overwegingen in lang niet alle gevallen mogelijk
Voorlopig nam de onderwijslast dan ook met onaanzienlijk toe
In de algemene bezumigmgsatmosfeer van de vroege jaren '80 was m het najaar
van 1983 op centraal niveau binnen de universiteit ook de omvang van het speci-
fieke budget voor verplichte veldwerken en excursies ter discussie gesteld De
duur van dergelijke activiteiten zou desnoods beperkt moeten worden en aan de
begeleidingsnormen (1 5 bij veldwerken en 1 10 bij excursies) diende strikt de
hand te worden gehouden Over dit heikele onderwerp waren m de voorafgaande
jaren, deels in het kader van de Wetenschappelijke Raad, reeds diverse discussies
gevoerd Die gingen met name om de veldsubsidies voor bijvakstudenten en om
de hoogte van het subsidiepercentage Tussen de universiteiten onderling beston
den aanzienlijke verschillen met betrekking tot de financiering van veldactiviteiten
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's
![Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 143](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/publicaties-vu-geschiedenis/aardwetenschappen-aan-de-vrije-universiteit-1960-2001/2005/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's