Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 221
extern, een proces van groepsvorming af dat een buitengewoon interessante lak-
moesproef vormt als het gaat om identiteiten en loyaliteiten.
Binnen de FdA loopt de vakgroep Sedimentaire Geologie m strategisch opzicht
voorop Juist in oktober 1990 is, na veel problemen en dankzij grote inspanningen
van met name Van Hinte en Renkema, de "geconcentreerde AlO-opleiding Mariene
Geologie" uiteindelijk van start gegaan. De VU is penvoerder, Utrecht (Aardweten-
schappen), Delft en het NIOZ participeren en het departement verleent financiƫle
steun Er is alle reden om op dit succes voort te borduren. De, intern bepaald niet
homogene, vakgroep zet dus m op de ontwikkeling van een aan de VU te lieren
onderzoeksschool Mariene Geologie, die aan de voorwaarden van het Snellius-
programma zou kunnen voldoen De mogelijkheden om daarbij onderzoekers uit
Utrecht (de primaire aandacht gaat daar uit naar een onderzoeksschool op geo-
fysisch terrein) en eventueel uit Delft te betrekken lijken realistisch. Tegelijkertijd
denkt SG binnen de FdA in de breedte en pleit voor betrokkenheid van de isotopen-
geologie en de petrologie, maar ook van (elementen uit) de Kwartairgeologie-laag-
landgenese, in de nieuwe school.
Tegenhanger van de vakgroep Sedimentaire Geologie is de even grote vakgroep
HKL. Die laatste vakgroep is in 1985 ontstaan door de samenvoeging van de vak-
groepen Hydro(geo)logie en Kwartairgeologie/Laaglandgenese, beide van gemengd
geologisch-fysisch-geografische signatuur. Binnen de vakgroep is van interne
homogeniteit echter nauwelijks sprake. Voor de hydro(geo)logie is de keuze duide- 219
lijk. Men heeft zich, niet ten onrechte, steeds als een unieke entiteit binnen de
faculteit beschouwd. De sinds 1985 gedwongen symbiose met de Kwartairgeologie
m de vakgroep HKL heeft, ook al is er in het in 1989 gestarte voortgezette VF-
programma een beperkt samenwerkingsverband met K/L gerealiseerd, niet tot
grote liefde voor de vakgroeppartner geleid Hydro kiest met overtuiging en mede
m het verlengde van een reeds eerder ontwikkeld initiatief voor een gezamenlijke
AlO-opleidmg, voor een hydrologisch gerichte onderzoeksschool, tezamen met
partners uit primair Delft en Wageningen, terwijl ook een zeker inbreng vanuit de
fysische geografie in Utrecht en Groningen is voorzien. Daarbij lijkt het m eerste
instantie zelfs waarschijnlijk dat de VU als penvoerder van een dergelijke school
zal kunnen optreden. Van alle betrokken groepen staat wellicht de sectie Kwartair-
geologie/Laaglandgenese voor de lastigste keuze. Inhoudelijk voelt men zich in
veel opzichten meer verwant aan de sedimentaire geologie dan aan de hydro(geo)-
logie waarmee men het vakgroepsverband deelt Op onderzoeksinhoudelijke gron-
den IS deelname aan de door de vakgroep SG beoogde onderzoeksschool met bij
voorbaat uit te sluiten. De plotselinge liefde van de vakgroep Sedimentaire Geo-
logie voor de "fysisch-geografische" sectie lijkt echter verdacht en vooral ingegeven
door volumeoverwegingen. De sectie, die van haar kant eveneens met volume-
overwegingen te rekenen heeft, weegt de consequenties. De kans om binnen een
onderzoeksschool Mariene Geologie tot een randverschijnsel te verworden, waarbij
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's