Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 116
de van de Essentialia ( d w z onder andere een gelijkwaardige betrokkenheid van
de betrokken subfaculteiten), een stringente volgorde in acht te nemen
Achtereenvolgens dienen onder andere aan de orde te komen a) het profiel van de
nieuwe subfaculteit naar onderwijs en onderzoek, b) geschatte studentenaantallen,
c) (gespecificeerd naar categorieƫn) aantallen personeelsleden en d) geschat ver
loop onder het personeel gedurende de TVC p e r i o d e " (natuurlijk en op basis soci
aal beleidskader TVC) Een en ander dient te resulteren m een zo goed mogelijk
beeld van de personeelsleden van de UvA die m beginsel in aanmerking kunnen en
willen komen voor plaatsing bij de VU maar die daartegen, op grond van het bij
zondere karakter, gemotiveerde bezwaren hebben De beide colleges geven nog
een aantal randvoorwaarden voor het overleg mee, waaronder 1) het van de UvA
naar de VU over te hevelen budget bedraagt Mf 3 36, 2) vertaling van dit budget in
personeelsplaatsen op basis landelijke gemiddelden voor de diverse personeelsca
tegorieen, 3) in principe dient 2/7 deel van het over te nemen WP uit doorstromers
te bestaan, 4) personeel in vaste dienst krijgt bij overgang naar de VU een aanstel
lingsgarantie tot 1/1/1989 en 5) m incidentele gevallen kan UvA personeel dat
moeite heeft met de VU grondslag tijdelijk aan de VU gedetacheerd worden
Vanaf dat moment vindt, in tegenstelling tot de situatie tijdens de voorafgaande
p e r i o d e " , frequent overleg plaats tussen vertegenwoordigers van beide subfacul
teiten, waarbij de UvA vertegenwoordigers zich zakelijk en realistisch opstellen
Zonder al te veel moeite vindt men zich onderling in het profiel van de nieuw te
vormen subfaculteit De nadruk zal dienen te vallen op de eigenlijke geologie
(waar Utrecht zich met name profileert met geofysica en geochemie) en wel toe
gespitst rond twee centrale thema's natuurlijke hulpbronnen/ bodemgebruik en
mariene g e o l o g i e " Qua onderwijs wordt geopteerd voor zeven afstudeerrichtingen
petrologie ertsgeologie, stratigrafie paleontologie, structurele geologie, mariene
geologie, hydrogeologie en kwartairgeologie Als onderzoekszwaartepunten wor
den gedefinieerd mariene geologie, laaglandstudies, ertsgeologie petrologie en
hydro(geo)logie Als nieuwe vakgroepen worden voorgesteld (een opdracht die
overigens buiten de 1 maart rapportage viel) a) Ertskunde, Petrologie en
Mineralogie (EPM), b) Stratigrafie, Paleontologie en Structurele Geologie (SPS), en c)
Hydro(geo)logie, Kwartairgeologie en Laaglandgenese (HKL) Daarbij wordt aange-
geven dat EPM qua omvang van wetenschappelijk personeel ongeveer half zo groot
zal zijn als de beide overige vakgroepen (waarbij bij HKL de fysisch geografische
component is inbegrepen) Bij de ontwikkeling van dit structuurplan op hoofdlijnen
wordt pragmatisch te werk gegaan Er is, uitgaande van bestaande
tradities en aanwezige expertise, oog voor de noodzaak tot profilering en moder
nisering Maar evenzeer is er oog voor het behoud van zoveel mogelijk arbeids
plaatsen van het zittend personeel Een consequentie daarvan is dat getalsmatig
de sector structurele geologie (die m tegenstelling tot de paleontologie stratigrafie
en de ertskunde petrologie mineralogie uitsluitend aan de UvA vertegenwoordigd
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's