Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 327
De Vrije Universiteit 1880-2005
stuursleden te schraal.^^* Zij hadden in de grond van de zaak toch nooit helemaal af-
scheid genomen van het oude. Er waren hoogleraren voor wie hetzelfde gold. De nieu-
we regels blijven vaag over Kuypers kernvraag, schreef de filosoof J. Klapwijk in 1980:
mag van het evangelie een reformerende werking worden verwacht voor de wetenschap
zelf? Die vraag is juist nu actueel, want in onze tijd is wetenschapstheorie bezig de le-
vensbeschouwelijke grondslagen van alle theorievorming te ontdekken.^''5 Het zou wel
droevig zijn als voor zo'n actueel probleem geen oplossing meer gezocht kon worden,
omdat de grondslag plotseling andere prioriteiten stelde.
Klapwijk had het aangedurfd bij zijn aantreden als lector in 1976 te poneren: als er
geen Vrije Universiteit was, zou ze nu nog moeten worden opgericht. De westerse cul-
tuur was historisch gezien sterk beïnvloed door de moderne wetenschap en het christe-
lijk geloof. De Vrije Universiteit was de plaats waar die twee elkaar ontmoetten. Zij zou
derhalve vanuit haar dubbele expertise belangrijke diensten kunnen bewijzen, nu de he-
le cultuur in een zware crisis verkeerde.^^^ Daarom ging Klapwijk dus verder in zijn ei-
gen spoor, zoals al zijn ambtgenoten die gevormd waren in de wijsbegeerte van Dooye-
weerd en Vollenhoven. Vooral H.J. van Eikema Hommes toonde zich zeer productief,
en liet in hoog tempo drie boeken achter elkaar verschijnen over de rechtsfilosofie.^^' De
filosofen waren kennelijk niet van plan hun koers te verleggen.
Een traditioneel orthodoxe enclave was ook nog altijd te vinden binnen de faculteit
der letteren. Toen de Vrije Universiteit honderd jaar bestond, werd aan de hoogleraar
Nederlands mevrouw M.H. Schenkeveld gevraagd of de doelstelling voldoende aan-
dacht kreeg. Zij antwoordde nogal eens meegemaakt te hebben 'dat iemand in zijn hou-
ding, handelingen en woorden er blijk van gaf te beseffen dat hij aan een universiteit
werkte met deze doelstelling'.^^^ Bij Nederlands liepen nogal wat van zulke collega's
rond. De hoogleraren die in de jaren zeventig benoemd zijn, voor taalkunde D.M. Bak-
ker, voor letterkunde J. Bosch en na hem L. Strengholt, droegen alledrie het echte vu-
stempel. In elke periode van de vu-geschiedenis zouden zij zonder problemen benoem-
baar zijn geweest. Bakker is vroeg overleden, en Bosch werd pas hoogleraar toen hij de
zestig al gepasseerd was. Strengholt is vanaf zijn benoeming als medewerker ongeveer
twintig jaar aan de Vrije Universiteit verbonden geweest, en heeft zich als enige van het
drietal volledig kunnen ontplooien. Zelden zal het een zo vriendelijk en bescheiden mens
gelukt zijn zich met zo veel nadruk te laten gelden als deze nathanaëlfiguur. Strengholt
was in zijn hele bestaan een belijdend christen. Hij nam alle kansen waar die zijn vakspe-
cialisme hem bood: de Nederlandse letterkunde van de zeventiende eeuw. Hij voelde
zich geestelijk verbonden met dichters als Huygens en Revius, en bracht dat in zijn werk
tot uitdrukking.^^9 Qok buiten zijn vakgebied voelde hij zich verantwoordelijk voor de
Vrije Universiteit als christelijke instelling. Daartoe aanvaardde hij zelfs een benoeming
als lid van de universiteitsraad, om daar een christelijk getuigenis te laten horen.
In 1978 ontstond op zijn initiatief de Contactgroep Christelijke Studiegemeenschap
vu (ccs-vu). Het aparte van de ccs-vu was dat zij in één samenwerkingsverband docen-
IN DE SCHADUW VAN MARX 1969-1980 323
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's