Voor bepaalde tijd. Lustrumboekje Faculteit der Letteren 2005 - pagina 49

niet anders geweest zijn. Dat heeft mij eind jaren zeventig - ik

zat toen voor het eerst in het faculteitsbestuur - op het idee ge-

bracht plannen te ontwerpen voor een opleiding die meer op het

bedrijfsleven en overheidsfuncties gerichte onderdelen bevatte.

Ik dacht toen aan brokstukken recht en economie als deel van het

onderwijsprogramma. Daar moesten de studenten geschiedenis

niets van hebben. Zij stelden dat de beste garantie voor een be-

trekking een goede vakopleiding was en vonden mijn ideeën tot

uitholling van de geschiedenisstudie leidden en daarom gevaarlijk.

Achteraf gezien moet ik ze niet alleen gelijk geven - mijn plannen

waren onvoldragen - maar ook constateren dat hun vertrouwen

op een goede afloop gerechtvaardigd was: men vindt nu historici

op uiteenlopende posities, waaronder de hoogste in het land. Ook

later, toen de opleiding Algemene Letteren van start was gegaan,

overigens in een totaal andere vorm dan mij voor ogen had ge-

staan, hebben de studenten geschiedenis zich overwegend afzijdig

gehouden, anders dan de talenstudenten.

Dat was beginjaren tachtig onder het krachtdadige decanaat van

Bernard Al die ook de eerste bezuinigingsronde te verstouwen

kreeg. De hele structuur van de faculteit is onder zijn leiding op

de schop genomen. De subfaculteiten verdwenen; daarvoor in

de plaats kwamen vier vakgroepen. Dit met het oog op de be-

vordering van het facultaire onderzoek dat gebaat zou zijn bij de

ontmoeting van alle taal- en letterkundigen binnen één organisato-

risch verband. Wel werden hierdoor de talenopleidingen in tweeen

geknipt, maar de onderwijscommissies zouden hiervoor compen-

satie kunnen bieden. Tegen de verwachting van velen heeft deze

constructie goed gewerkt. Voor de studenten betekende deze nieu-

we structuur overigens een vermindering van invloed, al was dit

niet de opzet geweest. In de faculteitsraad was hun positie niet zo

sterk als in de nu opgeheven subfaculteitsraden. Wel waren de on-

derwijscommissies op basis van pariteit samengesteld, maar hun

taak was beperkt tot het opstellen van een onderwijsprogramma.

In de beginjaren van Algemene Letteren gold het vrijheid blijheid

principe: de studenten konden in grote mate zelf invullen hoe zij

hun studie vorm wilden geven op grond van het idee dat zij zelf

43

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen