Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 74

ander voor de aardwetenschappen te leiden tot uitkomsten die aanzienlijl<

beneden het in de herstructureringsovereenkomst overeengekomen niveau

zouden liggen. Na overleg met het Beleidsorgaan liet de minister weten "zich

voor te stellen de destijds overeengekomen 150 manjaren W.P. gedurende de

planperiode 1980-1984 te stabiliseren". Het zou anders uitpakken. Den Tex

(1987) spreekt in dit verband van "broken promises". Dat is niet onbegrijpe-

lijk. Toch kan men zich afvragen of de aardwetenschappen door in de late

jaren '70 zo sterk vast te houden aan een positie die inmiddels een geprivi-

legieerd karakter had gekregen niet mede zelf over zich afgeroepen hebben

dat zij in 1982/83 in het kader van de TVC-operatie niet gespaard werden.

Voor wat betreft het volume aan NWP-plaatsen kwam in de gewijzigde

omstandigheden het Beleidsorgaan de facto buiten spel te staan. Utrecht wist

in de loop van 1980 in bilateraal overleg met het departement 10 NWP posi-

ties te verwerven maar gaf te kennen deze niet automatisch voor de aardwe-

tenschappen te zullen aanwenden. Voor de instellingen werd, als het ging om

de toewijzing van formatieplaatsen, in toenemende mate niet langer de

beoogde eindsituatie van de herstructurering het ijkpunt maar de met het

departement overeengekomen of overeen te komen meerjarenafspraken over

de periode vanaf 1981. Uiteindelijk kwamen de VSF terecht op een WP/NWP

verhouding van 1:0.8. Eind 1981 bedroeg de NWP formatie 31.8 tegenover

39.8 WP

Vanaf eind 1978 komt in het Beleidsorgaan verlenging van de samenwerkingsover-

eenkomst (die eind 1981 zal aflopen) aan de orde. Al snel blijkt dat de instellingen

weinig tot niets voelen voor continuering van de bestuurlijk moeilijk hanteerbare

situatie waarin het Beleidsorgaan, althans formeel, prevaleert boven de WUB. Zo

voorziet De Jager (die voor de VU in het najaar van 1979 de plaats van Van Nes

inneemt in het Bestuur Beleidsorgaan) - en met hem anderen - onder andere dat

vanaf 1981 spanningen dreigen te ontstaan tussen de "eindformatie" geologie en

de inmiddels aan de orde zijnde meerjarenafspraken tussen instellingen en depar-

tement. Voor de toekomst gaan de gedachten uit naar een orgaan dat primair toe-

zicht zal houden op onderlinge afstemming in het kader van de overeengekomen

taakverdeling. Voorzitter Van Bueren stelt vast dat ook het departement geen

behoefte heeft aan een voortzetting van het beleidsorgaan. Tegelijkertijd toont hij

zich bezorgd: de beoogde wetenschappelijke vernieuwing, waar het toch om te

doen was, is nog niet tot stand gebracht. Van Bueren betwijfelt of straks de (ulti-

mo 1978 opgerichte) ZWO-stichting AWON (Aardwetenschappelijk Onderzoek)

tezamen met de sectie Aardwetenschappen van de Academische Raad voldoende

in staat zal zijn deze vernieuwing te realiseren. Binnen de WR zijn de frustraties

begin 1980 groot. De enkele positieve, formatietechnische, aspecten van de afge-

dwongen herstructureringsoperatie zullen, zo wordt gesteld, teloor gaan. Men had

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen