GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 152

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 152

De Vrije Universiteit 1880-2005

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Verkuyl, maar met minder gaven van hoofd en hart toegerust, zodat ze dorpsjongens

bleven, ook als hun kennis toenam. Zij hebben een woordvoerder gevonden in de onbe-

kende auteur die zich Bernard van Bergen noemde, en in zijn roman van 1935, Wat

eeuwig zeker is, het studentenleven aan de Vrije Universiteit vanuit hun gezichtshoek be-

keek. De beschrijving is ongetwijfeld authentiek, hoe onbeholpen ook. Indrukken van de

groentijd, de lustrumviering van 1930, de preken van De Graaf en een college van Gros-

heide zijn herkenbaar genoeg om ons te overtuigen dat hier een vu-student aan het

woord is. Van een kritische houding is geen sprake. Bij de bidstond ter gelegenheid van

het jubileum voelt hij 'een stroom van geluk door zich heengaan en van ontroering te-

vens, voor dit vele, voor dit ontzaglijk rijke, waarvan toch ook iets gelegd was in hem-

zelf.'"' Voor de corpsstudent was het boek een steen des aanstoots: 'sentimenteel, bur-

gerlijk, oppervlakkig'. Maar toch, moest een recensent erkennen, voor een groot deel

toepasselijk. 'Wij zullen goed doen er over na te denken wat het beteekent, wanneer de-

ze geest onder ons de leiding krijgt.""^

Voor ons is de roman een welkom geschenk, want studenten van dit type plegen in de

bronnen weinig sporen na te laten. Meestal schrijven ze niet, zeker niet in de studenten-

pers. Zeldzaam zijn ze misschien toch niet geweest. L. van der Horst zei in 1936 in zijn

rectorale jaarrede, dat de meeste Nederlandse studenten afkomstig waren uit gezinnen

van academici en andere hoger opgeleiden. Aan de Vrije Universiteit was dat slechts met

20 procent van de studenten het geval, en bijna de helft van die groep was afkomstig uit

een pastorie.'3 Het kan de vraag zijn of die talrijke kleinburgerlijke studenten de Vrije

Universiteit wel zoveel anders beleefden dan Bernard van Bergen. Een in 1927 onder

vu-studenten gehouden enquête toonde aan dat de meesten er een traditionele, confor-

mistische levenswijze op nahielden. Ze gingen zelden naar schouwburg of bioscoop, ze

kerkten 's zondags tweemaal, ze lazen De Standaard en beschouwden zichzelf als antire-

volutionair.'"'* De representativiteit is aanvechtbaar, want de groep van respondenten

was zeer klein. Maar ook een progressief student als W.F. de Gaay Fortman was in het

zedelijk leven gereformeerd genoeg om het uitdagende boek van het echtpaar Wibaut,

Wordend huwelijk, radicaal af te wijzen.'"5 En al wierp V.H. Rutgers in 1934 de vraag op

of aan andere universiteiten 'samenleving vóór de huwelijkssluiting' een schorsings-

grond was'*, aan de Vrije Universiteit had gemeenschap tussen verloofden gewoonlijk

nog uitsluiting voor drie maanden tot gevolg.'"''

Dat betrof altijd mannelijke studenten. Schorsing van een vrouwelijke student op de-

ze gronden zou opzien gebaard hebben. Men legde haar wel geen andere maatstaven aan,

maar koesterde toch betere verwachtingen. Mevrouw W.M. Zielhuis-Schuil schreef al-

thans in een terugblik op haar studietijd, dat de man hoopte in de meisjesstudent 'het

kinderlijk geloof van zijn moeder te vinden'. Zij moest in christelijke eenvoud het tegen-

wicht zijn van de gekunstelde studentensfeer en herinneringen oproepen aan het huisor-

gel en de liederen van Johan de Heer.'^ Iets gewrongens bleef in dat studentenleven ook

wel bestaan. Wij zijn er nog niet in geslaagd, zei rector corporis W. de Vries in 1936, een

148 EEN HOEKSTEEN IN HETVER2UILD BESTEL

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's

Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 152

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's