Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 341
De Vrije Universiteit 1880-2005
HET UITDRAGEN VAN DE NIEUWE BOODSCHAP
J.P. Kuiper aanvaardde in 1973 zijn ambt als hoogleraar in de sociale geneeskunde. Wat
hield dat vak eigenUjk in? Kuiper wijdde zijn inaugurele oratie aan het verband tussen
gezondheid en maatschappelijke verhoudingen. Menswaardigheid, vrijheid, verant-
woordelijkheid, zelfrealisatie waren termen die hij gebruikte om aan te geven wat de
voorwaarden waren voor een gezond bestaan. De sociale geneeskunde moest eraan mee-
werken deze voorwaarden daadwerkelijk te scheppen, ook voor de economisch zwakken.
Daarom kon het zeer wel de taak van de medicus zijn, voorop te lopen bij demonstraties
en zich in te zetten bij buitenparlementaire acties. Dan hielp hij mee een gezonde, want
sociaal verantwoorde, democratische samenleving tot stand te brengen. Kuiper be-
schouwde dat ook als zijn christelijke roeping. 'Ons menselijk werken aan de toekomst
heeft zin,' zo besloot hij zijn rede, 'omdat onze Heer gezegd heeft: zie, ik maak alle din-
gen nieuw.'3'^
Het is een goed voorbeeld van geëngageerde, modern gereformeerde beoefening van
de wetenschap, in haar kracht en in haar zwakheid. Het gaat Kuiper niet moeilijk af een
relatie te leggen tussen geloof en wetenschap. De christelijke doelstelling van de univer-
siteit is in deze wijze van denken geen probleem, maar een noodzaak. Het zwakke punt
in de redenering is dat sociaal engagement prevaleert boven vakwetenschap. Daartegen
kan men echter weer aanvoeren dat een dergelijke prioriteitstelling ook de oude Vrije
Universiteit al kenmerkte. Bij benoemingen kon krediet gegeven worden voor de weten-
schappelijke bekwaamheid, niet voor de beginselen. En Kuiper wees in ieder geval een
weg. Werken op basis van de nieuwe doelstelling in modern gereformeerde geest was
een reële mogelijkheid.
Gemakkelijk zou het niet zijn, zoals Berkouwer beklemtoonde bij de officiële opening
van het nieuwe hoofdgebouw in 1973. De nieuwe formuleringen lieten grote woorden
horen, zo klonk het haast waarschuwend, 'die alle vanzelfsprekende hantering uitsluiten
en gevuld zijn met zeer moeilijke uitdagingen'.^'s Het groeiend aantal dispensaties was
in dat oordeel niet eens verdisconteerd. Onder het oude bestel had de senaat in 1895 een
rapport laten opstellen over de gereformeerde beginselen. Die toelichting op de grond-
slag werd nodig gevonden in een tijd dat het hele docentencorps slechts uit een handvol
hoogleraren bestond, allen aangesloten bij de gereformeerde kerken. Nu was het weten-
schappelijk personeel veertienhonderd koppen sterk, zeer divers van samenstelling, on-
ervaren in het werken met de nieuwe doelstellingen. Wilde de zaak niet meteen ontspo-
ren, dan was beleid nodig. De Vrije Universiteit zou haar medewerkers moeten helpen
de juiste weg te vinden.
Het College van Bestuur leek dat ook te beseffen. In zijn jaarrede van 1974 zei Van
Nes, dat de Vrije Universiteit bescheiden was geworden in de presentatie, maar dat ze
niet zou kunnen nalaten de discussie voort te zetten 'over het waar maken van de doel-
stellingen in ons werk'. Op drie punten had die bezinning nadere concretisering gevon-
:N DE SCHADUW VAN MARX 1969 1980 337
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's