Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 256

de biologie. Dat werd ook van hem verwacht. Lever en V an de Fliert hadden in hun

Utrechtse studententijd als leden van SSR dikwijls van gedachten gewisseld over de mo­

gelijkheden van een christelijke wetenschap, en Lever had dan ook sterk aangedrongen

op de komst van zijn vroegere gesprekspartner. "•+ De hele faculteit beschouwde geologie

als een belangrijk vak, juist met het oog op de grondslag, '^s Dan was er extra behoefte aan

een man die aan de principiële vragen al het nodige denkwerk had besteed.

Van de Fliert heeft ruimere bekendheid verworven als vooraanstaand vu­woordvoer­

der voor de natuurwetenschappen, toen de Vereniging in 1968 begon forumavonden te

organiseren over kernvraagstukken. Eén serie ging over het schriftgezag, onder de titel

'nieuwe inzichten in de theologie', met als sprekers de hoogleraren Berkouwer en Kui­

tert, en de predikanten Kruyswijk en Hessels Mulder. Een tweede handelde over struc­

tuur­ en rechtsvormen van de onderneming, toegelicht door Van Zuthem, Doets, Ver­

dam en A. Troost. Het derde forum ten slotte besprak de vragen rondom schepping en

evolutie, onder leiding van Lever, Van de Fliert, Jonker, G.J. Sizoo en Van Nes."*^ De

belangstelling in het hele land was overweldigend, zij het minder voor het tweede onder­

werp. Zowel in 1968 als in 1969 trokken de fora ongeveer tienduizend bezoekers. "'^ De

Gaay Fortman lichtte in zijn jaarrede het doel van deze campagne toe: 'informatie te ver­

schaffen op terreinen, waarop duidelijk van nieuw gewonnen inzicht sprake is.''+* Meer

direct uitgedrukt: propaganda maken voor de Vrije Universiteit nieuwe stijl.

Van de Flierts gedachten over de evolutie bewogen zich langs dezelfde lijnen als die

van Lever: geen evolutionisme, wel evolutie.'^ Evolutionisme sluit als materialistische

leer de mogelijkheid van een door God geschapen wereld uit. Maar evolutie kunnen we

met onze eigen ogen zien. En als God dat laat zien, is Hij daarvan ook de oorsprong.

Evenals Lever was ook de uitgesproken pastoraal ingestelde Van de Fliert bereid geduld

te hebben met zijn toehoorders. Die kregen nu ineens heel snel te verwerken wat hem

zelf jaren had gekost. Maar het was noodzakelijk. We moesten leren inzien 'dat we ver uit

de buurt waren van de vrijheid waarin je als christen mag staan'.'5 Niemand hoefde zich

daarbij ook angstig te voelen, alsof de natuurwetenschap de bijbel aan de gelovigen wil

ontnemen. Niemand moet zich afvragen: wat blijft er dan nog over.? Het antwoord is

eenvoudig: alles blijft over. 'De natuurwetenschap kan de Heilige Schrift niet aan­

tasten.' Ze kan alleen tijdgebonden, traditionele voorstellingen wegnemen.'5' Hoever hij

daarin voor zichzelf ging bleef ongezegd. Maar tot zijn dood bezocht hij elke zondag

nauwgezet beide diensten in de Nederlands gereformeerde kerk van Amstelveen. En hij

erkende ook, meer dan de meeste forumdeelnemers, dat de vraag van de verontruste ge­

reformeerden: waar blijven we, een kern van waarheid bevatte.'5^

252 EEN HOEKSTEEN IN HET VERZUILD BESTEL

I

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen