GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een handvol filosofen - pagina 64

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een handvol filosofen - pagina 64

Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

6o / Fragiel begin (iSSo-ipiS)

hypothesen, welke in zekeren zin geloofsstellingen zijn, steeds meer voorwaarts'.''"

Indien men de naam van wetenschap wilde 'beperken tot wat voor allen zonder on-

derscheid vaststaat en objectief zeker is', dan zou de wetenschap oninteressant wor-

den en konden bovendien de ethiek, psychologie en rechtsgeleerdheid niet als we-

tenschappen worden bestempeld. Volgens hem kon de theologie een wetenschap

worden genoemd, 'zoolang de hypothesen, die zij stelt, niet alle door de onderzoe-

kingen van natuur, geschiedenis enz. als volkomen onhoudbaar zijn tentoongesteld.

Juist doordat zij hypothesen stelt, die ter verklaring van mij nog onverklaarde ver-

schijnselen moeten dienen, is zij eene wetenschap'.''

In een andere publicatie had Bavinck de stelling verdedigd dat kennis de wereld ver-

licht en had hij de vraag behandeld naar de oorsprong van menselijke kennis. Evenals

Woltjer ging hij uit van de Logos waarover in het evangelie van Johannes wordt ge-

sproken. De Logos stond voor God, Woord en goddelijke rede waardoor alle dingen

geschapen waren, ook de mens die met zijn logos kennis kon krijgen van de geschapen

werkelijkheid. De Logos was ook het licht voor de mensen op alle terreinen van ken-

nis en wetenschap. De Logos had op een bijzondere wijze gestalte gekregen in Jezus

Christus die getuigt van het licht als bron van leven, kennis en waarheid.''" Evenals

bij Woltjer was bij Bavinck de gedachte aanwezig dat de Logos ook stond voor een

mysterie dat rationeel niet te doorgronden was. Voor zover de Logos zich echter in de

wereld openbaarde, was hij voor de menselijke logos kenbaar.''^ De menselijke logos

stond niet slechts voor begripsmatig-rationeel denken, maar ook voor het kennen van

de openbaring van de Logos in de werkelijkheid. Dit kennen betekende 'een in zich

opnemen van de waarheid als Goddelijke realiteit' door de hele mens.'" Onder de

hele mens verstond Bavinck de mens die in zijn hart de keus maakte voor deze waar-

heid en die vanuit deze keus richting gaf aan zijn gevoelens en begeerten, denken en

kennen."''' De Logos gaf aan de dingen kenbaarheid en aan het verstand denkkracht.

Het ging volgens Bavinck niet om de mens die op grond van eigenmachtig rationeel

inzicht tot kennis van de Logos komt, maar om het in geloof aanvaarden en erkennen

van het mysterie van de Logos en vervolgens om het onderzoeken en leren kennen

van de Logos voor zover hij zich in de werkelijkheid openbaart.

In andere publicaties zou Bavinck, evenals Geesink, over een dualistisch mens-

beeld spreken met lichaam en ziel als zelfstandige en elkaar aanvullende substanties.

Hij leek door de aristotelische antropologie beïnvloed, wanneer hij sprak over het

lichaam dat tot het fysische en de ziel die tot het ideële behoort, waarbij de ziel werd

beschouwd als het vormbeginsel van het stoffelijke lichaam.'" Ondanks die aristo-

telische invloed, valt op dat hij Aristoteles' en andere dualistische mensbeschouwin-

gen expliciet bekritseerde, met instemming verwees naar Augustinus en bij herha-

ling terugkeerde naar zijn visie op het hart, de centrale eenheid van de mens en het

concentratiepunt van alle menselijke activiteiten."'''

149 Bavinck, 'Geloofswetenschap' (1880), p. 5.

150 Bavinck,'Geloofswetenschap', p. 12.

151 Bavinck, 'Kennis en leven' (1900), pp. 208-210.

152 Bavinck, 'Kennis en leven', pp. 205, 208.

153 Bavinck, 'Kennis en leven', p. 222.

154 Bavinck, 'Kennis en leven', pp. 228-229. O o k Bavinck, 'Philosophic des geloofs', p. 14.

155 Bavinck, Paedagogische beginselen, pp. lo-i i. Bavinck, Beginselen der psychologie, pp. 9-10, 40-43.

156 Bavinck, Paedagogische beginselen, pp. 60, 87, 47-50. Voor kritische opmerkingen, zie Klapwijk, 'Honderd

jaar filosofie', pp. 550-551, 58e noot 18.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's

Een handvol filosofen - pagina 64

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's