Een handvol filosofen - pagina 189
Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012
8 Faculteitsraad 185
bekritiseerden deze opvatting. Zij vonden dat de leden van de studieraad h u n stand-
punten moesten verdedigen en de confrontatie niet uit de weg moesten gaan, zodat
goed beargumenteerde adviezen uit de bus konden komen. O o k brachten deze le-
den expliciet tot uitdrukking dat de studieraad 'een eerste poging [was] om meer aan
reële inspraak te gaan d o e n ' . " In 1970 besloot de raad haar naam te wijzigen in Raad
van overleg en advies.'' O v e r tal van onderwerpen verstrekte de raad adviezen aan
het faculteitsbestuur, zonder dat hij enig beslissingsrecht had om het bestuursbeleid
mee te bepalen. Zo heeft de raad enkele jaren zonder noemenswaardige interne con-
flicten gefunctioneerd, tot hij met de komst van de faculteitsraad in september 1972
werd opgeheven.
8 Faculteitsraad
D e Raad van overleg en advies had gepreludeerd op een effectieve inspraak in het
beleid van de faculteit. Inspraak was al aan de orde geweest toen de hoogleraren in
november 1968 besloten o m twee vertegenwoordigers van de 'deelstaf' tot h u n ver-
gaderingen toe te laten; de 'deelstaf' was dat deel van de wetenschappelijke staf, dat
niet tot de geleding van de hoogleraren en lectoren behoorde.'*' Als de vaste verte-
genwoordigers van de 'deelstaf' mochten Klapwijk en Overstegen aan de vergade-
ringen van de hoogleraren deelnemen, behalve als er benoemingen en andere per-
soonlijke kwesties aan de orde kwamen. H e t zou nog enkele jaren duren voordat
de democratisering in de universitaire en facultaire reglementen zou w o r d e n door-
gevoerd en alle universitaire geledingen op de verschillende niveaus van het bestuur
van de universiteit z o u d e n zijn vertegenwoordigd.
De organisatie van de Centrale Interfaculteit, evenals die van andere faculteiten,
werd in het begin van de jaren zeventig grondig gewijzigd ten gevolge van de Wet
Universitaire Bestuurshervorming van 1970, die in 1972 in werking trad. De belang-
rijkste wijzigingen waren dat het college van curatoren definitief verdween en het
college van directeuren werd opgeheven, maar bleef voortleven als het bestuur van de
Vereniging voor Hoger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag. Voortaan zouden
het college van bestuur en de universiteitsraad de hoogste besturende colleges van de
universiteit zijn. Ook de senaat verdween. Een deel van zijn taken werd overgeno-
men door het nieuw ingestelde college van decanen. In elke faculteit werd de facul-
teitsraad het hoogste bestuursorgaan, dat de bevoegdheid had om de leden van het fa-
culteitsbestuur te kiezen en vakgroepen in te stellen.
Op 7 september 1972 kwam de faculteitsraad van de Centrale Interfaculteit voor
de eerste keer bijeen. De raad bestond uit zeven leden die uit en door de facultaire ge-
meenschap waren gekozen: vier leden van de wetenschappelijke staf, een lid van het
administratief en technisch personeel, en twee studenten (een jaar later zouden de
wetenschappelijke staf en de studentengeleding er elk een lid bij krijgen). Bovendien
waren de drie vakfilosofen en de zeven hoogleraren die de andere faculteiten verte-
genwoordigden, adviserende leden van de raad. Door de jaren heen schitterden zij
^.0èmêmmm^
39 Studieraad, Notulen, 9 februari 1970, in archief CIF, doos 25 en 88.
40 Studieraad, Notulen, 25 mei 1970, archief CIF, doos 25 en 88.
41 CIF, Notulen, 18 november 1968, in archief CIF, doos 88.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's