Een handvol filosofen - pagina 279
Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012
2 Negatieve beeldvorming van de Centrale Interfaculteit 275
op scholastieke argumentaties van gereformeerde theologen als H.H. Kuyper en
V. Hepp. Hoewel ook Vollenhoven en Dooyeweerd de religieuze antithese zagen
doorwerken in de strijd tussen de christelijke filosofie en wetenschap enerzijds en
niet-christelijke wetenschap anderzijds, hadden zij polemiek en partijschap niet ge-
zocht; af en toe werden zij erin betrokken. In de voorgaande hoofdstukken werd
gememoreerd dat hun filosofische analyses door critici werden beoordeeld als der-
mate eenzijdig, dat zij terecht kritiek te incasseren hadden gekregen. Zo had Vol-
lenhoven met zijn probleemhistorische methode zowel vakgenoten als verscheidene
van zijn eigen studenten van zich vervreemd. En Dooyeweerd, die in de grondmo-
tieven van het antieke, humanistisch en katholieke denken dialectische spanningen
meende te ontdekken, behalve in het grondmotief van zijn eigen calvinistische wijs-
begeerte - dat antithetisch tegenover de andere grondmotieven zou staan -, werd
door menig criticus niet begrepen. Toch wisten Vollenhoven en Dooyeweerd bij
velen uiteindelijk ook erkenning voor hun werk te krijgen, omdat zij originele en
vernieuwende filosofische ideeën te berde brachten en omdat zij met behulp daar-
van de communicatie met andersdenkenden wilden bevorderen en soms ook daad-
werkelijk realiseerden.
Hoewel aan het eind van de jaren vijftig het antithetisch denkklimaat aan de Vrije
Universiteit nagenoeg was verdwenen, had de kritiek van de oudere vertegenwoor-
digers van de tweede generatie calvinistische filosofen op kerkelijke en andere kwes-
ties nog een dermate dominant antithetisch karakter, dat hun bereidheid tot com-
municatie met andersdenkenden onvoldoende duidelijk naar voren kwam of niet
werd opgemerkt. Hun kritiek werd vaak als te negatief ervaren, waardoor hun ar-
gumenten en opvattingen niet werden verstaan als een manier van meedenken en
derhalve geen gelijke tred hielden met politieke, kerkelijke en modern-theologische
ontwikkelingen. Vandaar dat Aalders in verband met de verhouding van eerste tot
de tweede generatie calvinistische filosofen terecht opmerkt: 'Van een vernieu-
wingsbeweging werd de Wijsbegeerte der Wetsidee langzamerhand een conserve-
rende kracht in de gereformeerde wereld'.^
Met het optreden van Van der Hoeven en Klapwijk deed een op dialoog gerichte
benadering van de calvinistische wijsbegeerte in de Centrale Interfaculteit haar in-
trede. Op zijn manier had Van Peursen deze dialogische filosofiebeoefening al eer-
der in praktijk gebracht. In de kring van de calvinistische wijsbegeerte presenteerde
Klapwijk in de jaren tachtig zijn transformationele filosofie, waarin hij het antithe-
tisch zelfbeeld van veel calvinisten, ook van zijn oudere collega's, als onvruchtbaar
voor de communicatie met andersdenkenden bekritiseerde. Evenals Van der Hoe-
ven zocht hij de dialoog met andersdenkenden, ook om het isolement van de facul-
teit te helpen doorbreken.
Hoewel Van der Hoeven en Klapwijk zich in de jaren zeventig en tachtig soms
kritisch opstelden ten opzichte van filosofische en andere opvattingen van de ou-
dere hoogleraren, was hun optreden in de faculteit minder dominant. Ook was hun
denken nog in ontwikkeling. Hetzelfde gold voor de later benoemde hoogleraren
Aertsen en Van Olst. Van de jongere docenten was Bos de enige die de theologische,
kerkelijke en politieke standpunten van Van Riessen cum suis deelde, al hield hij fi-
losofisch de nodige distantie.
3 Aalders, 12^ jaar Faculteit der Godgeleerdheid, p. 214.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's