GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een handvol filosofen - pagina 470

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een handvol filosofen - pagina 470

Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

466 VI E Vakfilosofische richtingen

Zijn onderzoek kent twee zwaartepunten: empirische ethiek en evaluatie van mo-

reel beraad. Empirische ethiek richt zich op het bestuderen van morele vraagstuk-

ken in de zorg via het in kaart brengen van normatieve overtuigingen en ervaringen

van mensen die hier direct bij betrokken zijn (patiënten en familieleden, artsen en

verpleegkundigen). D o o r systematisch onderzoek van normatieve vooronderstel-

lingen en visies, en het met elkaar in gesprek brengen van genoemde betrokkenen

w o r d e n nieuwe oplossingen voor normatieve kwesties ontwikkeld. D o o r interactief

empirisch onderzoek w o r d e n normatieve gezichtspunten en conclusies ontwikkeld

die aansluiten bij en o o k leiden tot verbetering van de praktijk. Deze onderzoeksbe-

nadering sluit aan bij het reeds besproken onderzoek van prof. Musschenga.

Widdershovens onderzoek op het terrein van theorie en praktijk van moreel be-

raad met en voor zorgverleners gaat over gestructureerd reflecteren op ethisch ge-

voelige kwesties. Over dit moreel beraad als een specifieke vorm van georganiseerde

reflectie in de zorg sprak hij in zijn inaugurele rede. Reflectie als interventie (2010).

Hij betoogde dat moreel beraad een dialoog is, waarin professionele zorgverleners,

patiënten en hun naasten, gefaciliteerd door een filosoof als gespreksleider, met be-

hulp van een gestructureerde methode een door henzelf aan de orde gestelde casus

onderzoeken. Moreel beraad is gericht op het bevorderen van de reflectie bij de be-

trokkenen op hun eigen ervaringen met de betreffende casus, teneinde de praktijk

van de zorg te verbeteren. Als zodanig kan moreel beraad worden gezien als een ethi-

sche interventie in deze praktijk. Wat in het moreel beraad gebeurt, is een vorm van

filosoferen in de praktijk, en wel een vorm van authentiek filosoferen, omdat alle be-

trokkenen op grond van hun ideeën en ervaringen in dialogen iets moeten leren ont-

dekken dat kan leiden tot een verbetering van de zorgpraktijk.

Vervolgens besprak hij de relatie tussen reflectie en handelen, de methode van mo-

reel beraad - de dilemmamethode - en het moreel beraad als interventie met de cen-

trale vraag: op welke wijze krijgen de uitkomsten van moreel beraad uitwerking in de

zorgpraktijk? Tenslotte sprak hij over de filosoof die de dialoog faciliteert.'^

Met verwijzing naar aansprekende citaten van Marcus Aurelius werkte hij zijn ge-

dachten uit, die blijk geven van gerijptheid in de praktijk van diverse terreinen van de

medische zorg. Hij liet duidelijk merken hoe moeilijk het kan zijn om moreel beraad

vorm te geven in een zorgpraktijk die door verwetenschappelijking wordt geken-

merkt. Desondanks pleitte hij als filosoof ervoor het gesprek en de samenwerking

met methodologisch geschoolde onderzoekers aan te gaan om de interventie van mo-

reel beraad te versterken. Deze samenwerking betekent volgens hem niet een zich

uitleveren aan de macht van de technische rationaliteit. Veeleer betekent deze samen-

werking dat men het gesprek aangaat over de vraag: welke theoretische en praktische

eisen moeten aan de interventie worden gesteld en welke effecten moeten worden

gemeten?" In de dialogische processen in en rond moreel beraad is de filosoof niet ie-

mand die op grond van theoretische kennis antwoorden geeft op aan de orde gestelde

problemen; de filosoof is niet de deskundige in ethische kwesties. De deskundigen

zijn de betrokkenen in de praktijk, die ervaring hebben met de noden en behoeften in

de zorgverlening. De filosoof, die door zijn opleiding beschikt over een scala van

theoretische inzichten, helpt hen om inzicht te krijgen in hun motivatie, knelpunten

van de casus en de manier om hun kennis en ervaring in te zetten in de concrete situ-

92 Widdershoven, Reflectie als interventie, pp. 6-7.

93 Widdershoven, Reflectie als interventie, p. 16.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's

Een handvol filosofen - pagina 470

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's